NIEUWS- El
25 October 1847.
N°. 45.
•péYu,,oL™V. «5 >ht>r,*Tr-
znPHEx,u'i:m>««k\.
SPe Ts'eosiS'Cile.
zegd heeft 0'ntrenysA<l^ent;s1t^.rvno\'suUt met willen geacht
lijk op tc maken, 1k te ziin geworden, noch van in-
12e Mcges'iiïg eaa «le llo©ge Maat!.
5EWOLSLE WEVEttTESt.
Dit blad veischSjnl geregeld alle Zaturdagcn. De
prys
van hel abonnement is voor Zwolle, Deventer
Zutphen en Apeldoorn 75 cent in de drie maanden
overal elders franco per postST/jcent. Alle post-
kautoren nemen bestellingen aan.
De prijs der Advcrtentiën is van <5dn tot vijf regels
50 cent, en 10 cent voor eiken meerderen regel, be
halve 55c ent zegelregl bij iedere plaatsing.
De Advertentiën moeten vóór Vrijdag middag we
uur ter Drukkerij ie Deventer zijn ingezonden.
Alle toezendingen voor dit blad bestemd moeten
franco geschieden hetzij door bemiddeling der Post
kantoren, of te Zwolle hij G. J. Schutte; De ven
ter, A. Tea Guvnu; Zutphen, J. II. Mellink;
Apeldoorn, B. Guuning.
Frederik de Grootekoning van Penissen ook -al
een braaf en eerlijk man (getuige zijne vcrdceling van Sile-
zjgl had, onder andere liefhebberijen, ook die van verzen
te willen maken. Al nu wat een koning doet, moet voor
treffelijk, uitstekend, volmaakt zijn; vraag her maar aan
onze hovelingen, of, wilt gij, aan de publieke ministeries bij
de Geldersche en Hollandsche regtbanken. Nu was er echter
één onder de hovelingen, die niet van dat gevoelen was en
onbewimpeld bekende de koninklijke verzen voor slecht te
houden. Dit was natuurlijk majesteitsschennis en de verme
tele werd met eene maand arrest gestraft Aoo was de ko
ninklijke onschendbaarheid gehandhaafd loen nu L. M. na
eenigen tijd weder een vers van hetzelfde kaliber aan de be
wondering van zijne hovelingen aanbood en er hun oordeel
over vroeg, was er een, die antwoordde: Ach, U. M.men
brenge ook mij eene maand in au est
Eene troonrede is maar proza doch schijnt voor zooveel
gewigtiger te kunnen doorgaan dan een versa s,een paar
jaren langer,zijn dan eene maand. De voortreffelijkheul der
vorige troonrede wordt nog steeds aangetoond dooi dei m
loopendcof liever zittende, jaren van den Heci van H lst.
Natuurlijk is de tegenwoordige troonrede zoo vooitieffehjk
dat niemand behoeft te zeggen ook twee jaren voor mij.
Dus, als wij de volgende lofspraak op een gedeelte laafsu.
if .ui het overige ceenc lofspiaak noodig hteit.
worden, zich zeiven ^^^[fden zelfden geest wil
ligt veranderd te zijnm zelfden geest geput
en voortgaan, en hunne pUnnen b 0
hebben naar aanleid.,pg van Hen
op de som volgt 0h0^,' f't" [je overheid gaat-daar voor,
»ontza<* voor overheid en wet o
en aan de tvet wordt een volgende rang toegewezen. Welnu,
zulke taal is nog beter dan verbloeming, beter dan mooije
beloften en teleurstelling. Alwat vijfde rad aan den wagen
is zal nu wel blijven: daar voert de overheid hare zieltjes
mee. Alwat voor dubbelzinnig kan doorgaan, z l ook wel
blijven: dat verstaat de overheid zoo als haai in de kiaam te
pas komt. Dc rest laten wij maar aan den bescheiden lezer over.
De rede wordt zeer stichtelijk besloten met eene adviserende
opdragt aan den Almagtige. De rang der overheid boven de
wet maakt wel kostelijk een gedeelte van dat advies uit. Waar
schijnlijk zullen de ministers van eeredienst clat slot hebben
gefourneerd. Dezen moet men dus volstrekt niet voor Vijlde
raden houden: ook één man kan niet alles.
liet moet voorzeker van het hoogste belang voor de geheele
Natie zijn, Ie weten op welken voet de Regenög en de Hooge
Raad met elkander staan, dewijl ieder daarin als t-ware een
spiegel, en den toetsteen voor zijne eigene gevoelens kan vin
den.° Immers de Iloogc Jtaad is het hoogste rcgterlijk collegie
des lands, zamengesteld uit mannen, door kunde cn deugd
boven alle regtsgeleerdcn uitblinkende. Daarbij zijn ze geheel
onafhankelijk zoodat de Regering hen niet kan afzetten; ter
wijl ze evenmin committenten hebben naar de oogeo te zien.
De Regering kan echter trachten een Raadslid uit dat hoogste
collegie te verwijderen door hein cene hoogere gcwigtige be
trekkin" op te dragen b. v. het lidmaatschap van den Raad
van State, eene portefeuille enz.; zoo werd de Raadsheer
Ligthtenveltdie, volgens het getuigenis van den President,
zich door zijne regtskennisom zijn oordeel, ondervinding,
onafhankelijkheid, rondborstigheid en 'welwillendheid, aller
achtin" had weten waardig te maken, en die aller toegene
genheid had weten te verwerven," tot Staatsraad benoemd,
om plaats te maken voor eenen Modderman, die als lid dei'
Tweede Kamer genoeg bekend is. De invloed overigens, die
zucht naar de gunsten der Regering, en de dagelijksche aan-
rakin" met dezelve in de Residentie, hebben mogt, zou niet
anders dan in 't voordeel der Regering kunnen zijn. Stemt
zulk een collegie nu niet met den geest der Regering overeen,
dan is het toch wel aan geen redelijken twijfel onderhÖVig,
aan welken kant het onregt is.
Zeer merkwaardig zijn daarom de woorden van den ecrbicd-
waardigen 'Voorzitter des tloogen Raadsbij gelegenheid der
installatie van den lieer Modderman; waarin hij zich beklaagt
dat de vertoogenherhaaldelijk aan de Regering ingebragt
over den éllendigen staat van 't gebouw, waar dit hoog acht
baar collegie vergadertniet alleen niet baten maar zelfs de
adressen deswege in den laatsten tijd onbeanluoord zijn gebleven.
Grootcr beleediging grooter blijk van ontevredenheid schijnt
ons niet wel mogelijk.
Wat kan nu wel de reden van deze ontevredenheid zijn.''
Men herinnere zich de uitspraken van den tloogen Raad om
trent de onwettigheid van sommige koninklijke besluitenom
trent de drukpersvervolgingen, omtrent de zeven-kinderen-wet
en wat niet al meer; en men zal als van zelve., tot de over
tuiging moeten komendat de Regering en de Hooge Raad
zee?«Verschillci.d donken; dat de geest der Regering niet die
van de Hoogen Raad is.
Hoe ongepast men het nu ook moge vinden, „at dc Rege
ring op zulk eene kleingeestige wijze haar ongenoegen tracht
te toonen; is het voor ieder gemoedelijk burger een troost
te zien, dat hij het niet alleen is, die den gang des Bestuurs
veroordeelt' dat het Hoogste Rcgtelijke collegie des Lands hierin
met hem deelt. Hij zal hierin versterking voor zijne gevoe
lens vinden en onbevangenheid voor het komediespel der
Tweede Kamer en ministeriële drogredenen; daar hij-hoe lan
ger hoe meer zal overtuigd worden, dat allen, groot en klem,
die eerlijk en ter goeder trouw" zijn zich mit den gang dei
Redering niet kunnen vereenigen en deze alleen door belang
zuchtige» en dommen geschraagd wordt