Mampers, repi is: ilfgclits«»4cr<ï Gesprek tusschen den Minister- JVelgever-Fiscaal en een Referendaris bij Ministerie van Financiën. Dr. Ref. Heeft Uwe Exc die nieuwe fatale poging tot ont duiking der Zegelwet al opgemerkt? De Min. Wat meent ge? e, ,r- De Hef. He uitgever van dat brutale oppositie-blad de Nieuwe Roller dams che Courant, brengt thans de boekaankondigingen van Uitgevers, onder de rubriek Letter nieuwszoodat er neen zegelregt van behoeft betaald te worden. L)ie beide akelige couranten, die wekelijks te Tiet worden uitgegeven, hebben dit kunstje, zoo* ten nadeele van onze dierbare schatkist, al nageaapt, en het Handelsblad zal weldra volgen. Voor de Opregle Maarlemmer behoeven wij echter niet bang te zijnwant de uitgevers zouden het niet durven doen ook al'hadden ze er stoffelijk voordeel bij, wegens den Edelmogenden Enschede. Dr. Min. Ik merk meer en meer dak de Zegelwet nog niet geheel perfect is. Toen ik die leemte aanvulde, waardoor die vervloekte Lilliputters uitgeroeid werden dacht ik het gewonnen te hebben, maar die ellendige moskielcn kwa men aanstonds weer als groote vergiftige seorpioenen tc voorschijn en maken het mij nog benaauwderhoewel de schatkist er bij profiteerde. De Hef. Heeft Uwe Exc. ook wel gemerkt, dat die woelgeest van Vliet libellen uitgeeft, onder den titel van Volksbode, welke hij als vellen van een boekwerk doet voorkomen die op onbepaalde tijden, zoo 't heet, in 't licht verschij nen, op welke wijze hij ook de Zegelwet ontduikt? De Min. 't Is dezelfde kunstenarij als die van dien mijn heer Boudewijn met zijn halfmaandsch tijdschrift de Tijd. Gij weet ik heb hem met de Zegelwet gedreigd, nadat hij een paskwil had gemaakt op mijne groote minister-handen. Die onbeschaamde De Bef. Eti dan die fFespen? zou UExc. die denken te vangen? De Min. 'k Heb er een zwaar hoofd in. Had ik ze in Godsnaam maar laten steken, want nu worden ze nog vin niger. Maar die Hallude was te erg; ik verloor mijn geduld. De Kef. Naar mijn bescheiden oordeel, Uwe Exc.! zit er niets anders op dan een splinternieuw ontwerp van Zegelwet b j de Kamers in te dienen. Er zou daarin moeten voor gesteld wordendat al wat maar gedrukt isvan Bijbels af tot Domiiticbriefj.es toe, moet gezegeld worden. De Min. Een iliumineus idéé! ik weet ook niet, waarom die malle Koster de drukkunst moest uitvinden. Laat ons trachten ze weder te vernietigen. (De Redactie gelooft, dat het vrij wat constitutioneler zijn zou de geheele Zegelwet voor drukwerken af te schaffen. Im^ mers ail. 225 der Grondwet zegt: «Het is aan elk geoorloofd om zijne gedachten en gevoelens door de drukpers te openba ren zonder eenig voorafgaand verlof daartoe noodig te hebbend Hoe hiermede nu echter het verbod, om te drukken, zonder vooraf het papier te hebben doen zegelen en aan de schatkist te offeren, te rijmen is, gaat een gewoon menschenverstand te boven. De vrijheid tot drukken is volgetis de Grondwet, zoo volkomen dat ze geenerlei voorafgaande belemmering for maliteiten, of belasting gedoogt. Zoo de Grondwet inderdaad meer begrepen cn gevolgd wierd, zouden wij wel eens willen weten wat er tegen te doen zou zijnzoo men zich aan de geheele Zegelwet voor drukwerken niet stoorde. Als het pro cederen niet zoo hard in de beurs klonkook nog van de winnende partij, zou men kunnen vragen, of er dan niet één. is onder uitgevers en redacteurendat isonder eene der voornaamste afdeelingcn van het ondernemendstconderrigtste en verstandigste deel der natie, welke dit kleine blijk van vertrouwen aan den Hoogen Raad en over het geheel aan onze Regtcrlijke Magt zou gunnen om een dagblad op vrij papier te laten van de pers gaan.) Eenige dagen geleden, deelde het Handelsblad een adres mede door eenigö heeren den Koning aangeboden en strek kende om tc worden geautoriseerd tot het vormen van eene Maatschappij van Kolonisatie op Borneo, behoudens eenige door de Regering té verkenen begunstigingen. Het Handels blad juicht de bedoelde onderneming toe, en acht dezelve xcer wenschelijk in het belang der Nederlandsche landver huizers. Ik voor mij geloof, dat, hetgeen onze emigranten allereerst verlangen, is: bevrijd te zijn van de vaderlijke zorg onzer Regering. Door de Nederlandsche belastingen uitge mergeld, beoogt hij geciisziu te beproeven, of uien hem, in de autocratische Koloniën, nog wat afkoken kan. Men verneemt, dat de heer Smits uitvinder der water- schoenen, aan elk der Zccuwsche leden van de Tweede Kamer een paar zijner water schoenen toegezonden heelt, ten einde Hun Edelmogenden in de gelegenheid te stellen, om, bij welk weder ook, <lc budgetten te komen inwilligen. Zou de heer Smits ook geene vergaderschoenen voor de leden der beste kamer kunnen uitvinden, die dezelfde dienst pres teerden als de Kamer-oudjes zeivenzoodat deze dan rusti® bij den haard konden blijven cn bij convocatie slechts hunne schoenen hadden te zenden. Op die wijze zou het schandaal van het vorige jaar in 't vervolg voorkomen worden. De Asmodée, de mishandelingen schetsende, die men den markies de Thouars aandoet, zegt, o. a.»IS <jat nje(. btlccdigend voor de menschheid is dat niet een van die fei ten, welke ten huidigèn dage nergens meer plaats vinden behalve in Rusland misschien; en die wij wclligt slechts daarom hier zien gebeuren, daar zij, die zich daaraan schul dig maken, hopen, langs deze wijze, hun hof te maken aan onze vorstin die eene russische vrouw is." Toen men, dezer dagen, in den Noord-Brabander las, dat de markies de Thoüahs, aangeklaagd van een persmisdrijf midden in den barren winter en in ziekelijken toestand, ge boeid op eene kar tusschen vier marcchausscés van het dorp Hees naar 's Herlogenbosch was vervoerd, toen erkende men, dat er inderdaad wederkeerigheid gestipuleerd werd, bij arti kel 11 van het I raciaal onlangs door onze Regering met Rusland aangegaan. Want met de eenige verandering van het woord marechaussees in dat van kozakken, zou men, on der de autocratische Russische Regering, voorzeker niet erger hebben gehandeld dan onder de «nieuwe," ridderlijke." Regering van Nederland. Arnh. C. 1 ii het jaar 1846 zijn te Apeldoorn geboren 151 (waar onder 6 levenlooze,) van het mannelijke geslacht en 114 (waar onder 2 levenlooze) van het vrouwelijk geslacht; gehuwd 41 paren en overleden 138. Voor ccnigen tijd heeft het ijsvermaak te Apeldoorn het vreemde verschijnsel opgeleverd, dat iemand naar zijn eigen lijk kwam zoeken; de zaak droeg zich aldus toe: een schaatsenrijder op de Vaart rijdende, viel tegen schemeravond in het water; doch was gelukkig genoeg zich spoedig er uit te helpen cn langs den koristen weg naar zijne woning te loopen. Anderen, die hem van verre gevolgd waren, en hem plotseling misten, bleven in de nabijheid van het gat, waarin zij hem verdwenen waanden ten einde pogingen tot zijne redding aan te wenden. Na verloop van eenigen tijd kwam de drenkeling zich onder hen begevenom hunne pogingen tot zijne eigene redding te deelentot dat hij her kend werd en daardoor een einde maakte aan de bezorgd heid zijner makkers. ZOO GIJ NOG EENS OP SCHAATSEN NAAR SCHOKLAND WILT; Want toekomende winter is de Zuiderzee leeggepompt. Ten minste, als de regering zich die zaak wil aantrekken, en die niet overlaat aan particuliere associaLie. Onder particulieren vindt men maar luilakken, smulpapen, zuiplappen, blufma- kers, trapganzen,, lamöoren haspelhoofden haspelhanden en haspeiharlen draaijers, knoeijers leugenzakken en bedriegers, ja schurken zellsdie liemcn snijden van andermans ieder, of aan lieve kinderen toestoppen, wat zij grijpen kunnen. Zoo keurig zijn wij opgevoed onder art. 226, nu 224, der Grond wethetwelk daar is prevelende: «Het openbaar onderwijs is een »L instruction publique est aanhoudend voorwerp van de un objel constant des zorg der regering.' soms du gouvernement." Neen, de regering, die zich zoo uitnemend van het ééne kwijt (en zelve zeker riog keuriger is opgevoed), moet zich ook van het andere kwijlen. Han varen wij in 1848 met de Overijsselsche en Zwolsche stoombootcn langs Wielingen naar den Helder midden door den nieuwen polder en de nieuwe dijken heen. 't Zal wel geld kostenjamaar het brengt ook wat op, er kan een nieuw en vrij Amerikaatje .van wor den voor onze landverhuizers; en dan kan men voorloopig met dat geld cei:s gaauw het Haarlemer meertje leeg gooijen den straatweg van Zwolle naar Twenthe ontzandendén Överijsseischen spoorweg weer bij bloed helpen, voor eenige loketjes der groote kist zorgen waaruit jonge vogels schreeu wen van honger, muntbilletjes doen drukken, ja zelfs voor nieuwen polders rekening eenen spoorweg van Kampen op den Helder doen uitbakenen. Mogt er weer zoo veel water achterin loopen (men kan nooit weten wat er gebeurt, wat cr gepfactiseerd wordt, wat er in of uit de hand valt), dat wij er in het najaar niet op hcj drooge stonden; dan toch, met den God van .Nederlandcn met het vertrouwen van alle wcldenkendenis men klaar tegen den tijd als de winter ons inrekent. Ingezonden

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

De Kaleidoskoop (1846-1851) | 1847 | | pagina 2