Ilrieveiti saïtf ÜJtfopia. van nagenoeg 24 uur, zijne bestemming. Eene diligence legt net traject van Deventer naar Arnhem in 3'/2 uur af. Iioe schreeuwend duur is voorts het briefport. Tusschen eule genoemde plaatsen b. v. is het port van een enkelen H'le dan ook. geen greintje te zwaar mag wezen) 15 cent; waarvoor de brief dan 24 uur van de reis jouïsscert. Met re diligence van Jonker, daarentegen, kan men een pak tot de zwaarte vati 1 Ned. pond toe, voor 12 cent, in 3Va uur, verzenden. Eindelijk kan men bij deze laatste op eene naauwkeurige bestelling rekenen dat met den post het geval niet is. lm- mei sbehalve de vermiste en achteigelioudene brieven, ge schiedt de bezorging vaak nog zeer slordig en verkeerddat ook wel niet anders kan van Brievenbestellersdie, schoon z'j goede Heerenknechten mogen zijnechter niet lezen of schrijven kunnen. Waarlijk, is er eene zaak die dringend radicale hervorming vcreischthet is de Brievenposterij De Wespen beschouwen het vertrek van den Gr iaf Schimmelpenninck naar Londen als eene wezeritlijk verlies: niet voor de Eerste Kamer, maar voor het volk, daar het uit zijn werk over zijnen vader, den Raad-Pensionaris 11. J. Scuimmel- penninck, blijkt, dat hij innig overtuigd is, dat onze gebrek kige Grondwet herziening behoeft en een vriend is van waarheid van licht cn bezadigden vooruitgang. De Redac teur voegt er bij: «Het is jammer, dat er door zijn vertrek gcene vacature bestaat voor Overijssel. Men kon dan de vier afgevaardigden uit die provincie in een' zak doen en men was zeker van er een. uit te trekken, die, wel niet een waardig plaatsvervanger van den Heer Schimmelpenninck maar toch zeker een waardig lid van de Eerste Kamer zou zijn! Zie hier hoe de vroeger ultra-ministricle Ysselbodii thans redeneert ij Bij de gedachte, dat op den 1 December in de bank van Frankrijk de ontzaggelijke som van 103 millioen baar geld aanwezig was en de geld-toezendingen nog aanhouden, denkt men onwillekeurig aan den toestand dier ongelukkigen, welke half naakt en zonder cenige vooruitzigten den naderenden win ter te gemoet treden denkt men" met bezorgdheid aan de ojieenhooping der groote kapitalen aan de dreigende hou ding, die de overmoedige aristocratie aanneemt en de toene mende vermindering van de welvaart der gezetene burgers. Ons vaderlandwaar vroeger de Burgerij de kern der Na tie was, gaat langzaam maar zeker eene Russische toekomst te gemoet! rijken en armen: llceren door het geld! slaven dooi de armoede! Herziening der Grondwet alleen kan de verdroogde bronnen Tan burgerlijke voorspoed weer openen dit is nog alleen het licht in den duisteren nacht, die ons omringt; dit alleen schenkt ons nog hoop op een behouden toekomst; zij alleen kan die verbazende schatten der rijken weer terug voeren tot eene getvcnschle en natuurlijke evenredigheidzonder welke ons volksbestaan voor altijd is verwoest!" -De Zierikzeesche Nieuwsbode van 23 jl. bevat een inge zonden stuk uit Goes, waarin de volgende opmerkingen voorkomen betreffende het treurige verschijnseldat hier ten lande de vermogende lieden meer en meer in rijkdom toene men en, daarentegen, de massa zigtbaar verarmt, hetwelkt volgens den schrijver «hoofdzakelijk veroorzaakt is en wordt, door het met geweld opvoeren der prijzen van het Graan." »Dit doel," zegt hij, «is bereikt: de tarwe is thans op f 12.00 gebragt. En wanneer men nu bij de tarwe nog f 5.00 stads- en rijksbelasting voegt, moet immers meer dan de helft der natie tarwenbrood ontberen Werd het dagloon nu ook hoogcr opgevoerd dan maakte die monopolie den werkman niet arm, maar dat is juist omgekeerd; de grond eigenaars en pachters maken '/3 meer van hun graan dan het geval zoude zijn, wanneer de Graanhandel niet aan ban den was gelegd, terwijl zij '/3 minder betalen voor arbeids loon dan vroeger het gebruik wasonder voorwendseldat j de lasten sedert 15 jaren, met het jaar worden verhoogd, cn die verhooging uit het daggeld moet gevonden worden, wil een boer, boer kunnen blijven; ergo, betaalt de arbeider de opcenten van alle belastingen terwijl de groote grond eigenaars (1) bovenmatige pachten van hunne landerijen be dingen en alzoo schatten bijeenzamelen ten koste van het zweet en de ontberingen van het volk." (1) De teilen der Eerste en Tweede Kamer der Staten-Gencraalzul len zoowel uitgestrekte bezittingen hebben ais de Ministers, Prinsen en Gouverneurs; immers do Grondwet verurdeneert, dat de vermoyendsten des lands de f 3U0U en 2500 alleen mogen opstrijken voor liet verrig- leu van Puurdenwerk in die Kamers? II. NIEUW ONTWERP VAN WET. Utopia 10 December jaar des behouds XVI. ij haasten ons u het volgende berigt mede te dcclen nopens een Wetsontwerp, door onze Ministers in de Utopi- aansche Kamer gebragt. Gij weet toch dat ons land in naam een constitutioneel koningrijk is inderdaad een onding dat de gebreken van alle mogelijke regeringsvormen in zich vcreenigtzonder dcrzelver deugden te bezitten), en dat wij er ook Kaniers op nahouden, die de voordragten van wetten moeten onderzoeken en beoordeelen. Voor de gemakke lijkheid echter nemén ze die maar getrouwelijk aan, om zichzeiven en de Regering geene moeite te veroorzaken. Zoo dat ik maar zeggen wil dat dit slechts eene bloote formali teit is, en gij genoegzaam zeker kunt zijn dat het ontwerp wet zal worden. Nu hebben onze Ministers, zoo als ge weet, een heel ar senaal met oude wetten en decreten ter hunner beschikking, waaruit ze, als hunne wijsbegeerte te kort schiet, hunne projectielen oritleenen daar ze beweren dat die even krachtig en geldend zijn als die van hun eigen fabriekaat. Een Uto- piaansche wijsneus heeft nu echter begrepen, dat, zoo die iommei verbindend was voor de eene partij, ze zulks ook voor de andere moest zijn; en de toepassing voor zich ver zocht van het Napoleontisch decreet van 29 Nivóse jaar XIII houdende de opvoeding van één der zeven kinderen uit een hu welijk, o]i kosten van den staat. Onze Bestuurders hadden hier heel veel tegen en vonden het fameus valsch en onge hoord om wetten ten gunste des volks op te delven en in werking te brengen, maar onze man liet hel er niet bij zitten en bragt de zaak voor het hoogste geregt. Niettegenstaande allerlei tentamen om zulk een heilloos beginsel tegen te gaan moest zich onze dierbare Regering de schande en vernedering getroosten tot tweemaal toe in 't ongelijk gesteld te worden (een bewijs hoe perfect zij zich op de wetten verstaat). Om nu echter ten spoedigste een einde te maken aan dezen mis stand waardoor het volk in plaats van het uit te persen eenigc gunst zou verleend worden('t geen tegen alle prin cipes der Utopiaanschc Regering strijdt), is het volgend Wets ontwerp ingezonden; Wijenz. Allen die deze zullen zien of hooren lezen salut! doen te weten Alzoo Wij in overweging genomen hebben, dat het keizer lijk decreet van 29 Nivosc jaar Xlïl nog van kracht ver klaard is, niettegenstaande alle regelen eener gezonde scheer- kunst Gelet op de overbevolking en de toenemende armoede; Zoo is het, dat Wij iji perfecte harmonie met Onze on schatbare Kamers hebben besloten cn besluiten, als volgt: 1". bovengenoemde Wet builen werking te stellen; 2°. om, na gebruikelijke afkondiging dezer, eiken huisva der, bij de geboorte van een zevende kind, in eene boete te slaan van leti minste 50 francs en ten hoogste 6.000 francs zoo als door den regter te bepalen zal zijn naar het vermeen des schuldigen 3". om een van de zeven kinderen zoo er een jongen bij is, te pressen voor levenslange zeedienst als matroos, om op deze wijze de zeedienst weder van niets tot iets te brennen terwijl wij Ons de vrijheid voorbehouden hem na verloren arm of been onverzorgd naar wal te jagen 4". omwanneer een huisvader het wagen mogt tot de daarstelling van een achtste kind over te gaan, zijne en zij ner familie goederen verbeurd te verklaren ten behoeve dér Schatkist, en hem en zijn huisgezin over te plaatsen in een of ander tuchthuis of bedelaarsgeslichtna hem buiten staat te hebben gesteld, misdrijven van bovengenoemde!) aard te plegen. Lasten en bevelenenz." In de toelichtende memorie bij dit wets-ontwerp heeft de Regering gezegd, voornemens te zijn een afschaffiiigs-genoot- schap op te rigten van het huwelijk cn deszelfs gevolgen; en dat een befaamd hoogleeraar openbare lessen zou geven om het publiek behoorlijk voor te lichten. Wij zullen U zonder twijfel bij volgende gelegenheid met de resultaten van dit alles bekend maken. Een blik op de Advertentie, geplaatst in den Kaleidoskoop van den 28sten November 184S, Nu. 48, ten laste E. Hiet- berg, Opziener der Jagt. Joost zond zijn Meesterknecht van uit zijn lielsche zalen Om IIietbebgs wangedrag met kleuren af le malen Aan 't jagend corps heneên. Die post vereert den Geest Die vroeger in het vleescti een strooper is geweest.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

De Kaleidoskoop (1846-1851) | 1846 | | pagina 2