Men herinnert zich ongetwijfelddat de Regering in
herziening is gekomen tegen het vonnis van den Iloogen Raad
van 22 Mei j.l.waarbij (in zake yau den Slaat dc-r Neder
landen tegen C. J. Hoogland die de opvoeding door den Slaat
van een zoon had geëischt), aan den Staat, op grond der
Met van 29 Nivöse, XIIL jaar, de verpligting is opgelegd,
om voor de opvoeding van een- zoon van een huisgezin waar
zich zeven kinderen in leven bevinden, zorg te dragen. Na
heeft de llooge Raad, vermeerderd met 'vier leden, j.l. Don
derdag uitspraak gedaan, en liet vonnis van 22 Mei j.i. vol
komen en in alle deelen bevestigdden Staat veroordeelende
in de kosten, ook door de rivisie veroorzaakt.
Zoo is dit kunstmiddeltje der Regering, om zich aan die
verpligting te onttrekken, ten eeneuiale mislukt.
Bereids hebben ook hier te Deventer drie huisvaders de
opvoeding, op kosten van den Staat, van een' hunner zonen
ingevolge de wet, gereclameerd.
De zoogenoemde behoudende of gematigde partij in den
lande hoort men onophoudelijk klagen over den weinigen
eerbied dien de onderdanen in onzen leeftijd, betoenen aan
de Wetten van den Staat en de daarop gegronde (en dikwijls
ook ongegronde) besluiten van het Algemiene bestuur. Doeh
wat zouden diegenen hunner, welke in hunne denk- en
spreekwijze ter goeder trouw zijn, wei zeggen van Ambtena
ren vóór alle anderen geroepen en gehouden tot eerbied
voor, en opvolging van de voorschriften der gestelde magten
in den Staat, wanneer dezulken bij herhaling de stuitendste
bewijzen van het tegendeel opleveren en zoo doende voet ne
ven aan liet kwaadhetwelk ook zij trachten te keer te gaan
door er zich (nota bene) hoogeljk over te beklagen.
De volgende daadzaken kunnen wederom tot bewijs daar
van strekken:
Aan het hoofd der Controle voor de Directe Belastingen
enz. in de Divisie Enschede, waaronder de Gemeente Hen°elo
behoort, staat thans iemand van den bedoelden stempel, die
in strijd met eene beslissing van zijne Excellencie den Minis
ter van financiën, van den 29 Mei 1814, (Afdceling, Directe
Belastingen; No. 160, waarbij, naar aanleiding eener gedane
vraag van sommige Heeren Gouverneurs", bepaald is: da' de
hoegrootheid der inlioepswaarde nimmer kan strekken tot het daar-
stctlen van een begaafd Taricvan reyter. en klassen der Kramers
bij den aanvang van het Ioopende dienstjaar, aan liet Colle
gia van Zetters le Hengelo voorstellen durfde te doen, tot
liet aannemen van zoodanig bepaald Tarief van renten en
klassen; en die ons nu, denkelijk omdat wij tot dit zijn voor
stel niet zijn toegetreden, dreigt: dat, indien de Directeur
(der Directe Belastingen) eene hoogere klasse bepaalt, dan
door het Collegie van Zetters, op het tweede Suppletoir Ko
hier der Patentpligtigeii voor de Ioopende dienst, is gesteld,
de vermeerderde regten door hetzelve, moeten worden vol
daan: terwijl bij eene missive van zijne Excellentie den Mi
nister van Financiën;, van den 22 Januarij 1842, (Directe
Belastingen No. 67, opgenomen in het Provinciaal Blad van
Overijssel van 1842, ouder No. 16) wordt gezegd, dat de re
geling vun l,el door de Kramers te beltden'' aan hel Col
legie van Ketters is opgedragendoch nergens, dat op den 'ge-
danen aanslag, ten koste van het Collegie, kan worden te
ruggekomen.
Èn zoodanige dreigementen veroorlooft men zich nog, na
dat bereids aan het meerendeel der kramers, althans in deze
Gemeente, allengs het tienvoud, en meer, is opgelegd gewor-
dea der regten van den gezeten winkelier; terwijl bij fi 5
van tabel 7 der Wet, van 16 Janij, 1832. (Staatsblad No.
30): voor dè hier bedoelde kramers een minimum is vastge
steld: beantwoordende aan ten minste het dobbel van dereeten
door den gezeten winkelierover een gelijk tijdvak te voldoen 1
Len ltd uit hel Collegie van Zeilers le- Hengelo.
Het dagblad Overijssel bevatte onlangs een merkwaardig
artikeltje, dat wij om 't gewigt der zaak bier overnemen.
«Ondanks dc geruststellende verzekeringen der liecle en halve ministeriële
bladen, blijft nog steeds In t gerucht loopcn, dat liet niet onze financiën
niet -gunstig gesteld is. Cu er schijnt voer deze geruchten eenigc grond
te zijn. Rat er voor liet oogenblifc geene nieuwe leening"op til is, willen
wij gaarne geloóven. De gedrukte beuipprijs onzer effecten verbiedt voor
eerst en wettigt voor nog langen tijd alle dergelijke manoeuvres. Maar'
of er daarom geen te-kort is in 's lands kas von J843 zal zijn? Ilctscliijnt
zoo, indien men geloof hechten móet aan heigeen er verzekerd wórdt
dat reeds sinds ecnigen tijd door hel Gouvernement aan de aannemers,
leveranciers en andere contractanten het beding wordt opgelegd, om al
hunne rekeningen, ook wegens ieveranciën van werk en goederen, in
dit jaar gedaan ol nog te doen, le dagtekenen van 15 Januarij 1847 of
later met 2 of 3 maanden crejiet na den datum. Dit zou niet anders
zijn dan de inkomsten van 1847 le bezwaren met de uitgaven van 184(5,
het verderfelijkste systeem van huUhouten, dat er te vinden is. Of nu
zulke bedingen ahjemcen geipaakt zijn, welen Mij niefvan twee geval
len, in den jungslen lijd voorgevallen, welen Mij slellig. (j) Doch ieder
die laalstclijk niet liet Gouvernement gecontracteerd beeft, zal bet voor
zich kunnen welen, en mogelijk zullen er zijn, die zich genoopt gevoe
len,-om, oj) grond van eigen ervaring, bet gerucht le bevestigen of te
gen te spreken. NV ij noodigen allendie dit kunnen daartoe uit. Overi
gens hopen wij, dal Li ij de aanslaande behandeling van het Üuiljet voor
1843 en 1849 eene interpellatie van Z. Exc. den Minister van financiën
licht over deze zaak verspreiden zal."
Zou het bovenstaande in verband slaan tot hetgeen in ons
blad van 17 Oct. jl. No 42 gevraagd wordt: «Is het waar
heid dat het Gouvernement een millioen gulden ontvangen
heeft van den ondernemer des Zeeuwsclien-Noord-Brabandsehen
Spoorwegs, wegens verleende concessiën, die de kosten voor
hem verminderen?"
Wij deelen hier een' aufhentieken brief mede uit. Noord-
Amerikageschreven den 10 September J.l. door H. Buitman
en geadresseerd aan zijnen zwager W. VAN den Berg, bouw
man op de Kieksbett onder Heino, zijnde de brief den 15 No
vember jl. ontvangen. Er is geene verandering, dan alleen
in de spelling, in gemaakt.
Wij noodigen de Staats Courant nu uit, om als een blijk
van onpartijdigheid, ook deze gunstigs berigten in haar blad
op te nemen.
Dergelijke getuigenissen spreken sterker dan de spitsvin-
digste redenering, en wij zouden het Handelsblad op onze
beurt durven vragen, of het met het geweten van een eer
lijk man overeen te brengen is, de Landverhuizers van N.
Amerika af te schrikken en hun onze koloniën aan te raden?
De brief luidt:
Geachte Ouders, Broers en Zusters, en verdere familie en bekenden!
«Ik hoop en vvcnse.h als dat u deze in zulk een volkomen welstand
moge lev hand komen als wij ons op heden bevinden. Ik kan niet lan
ger nalaten om llfieden eens een letter of wat toe le zenden. Wij heb
ben uw brief van den 20 Maart 1S46 den 15 Junij ontvangen ln goeden
welstand, en lot ons leedwezen er uitgezien, als dat Moeder nog niet
ljersteid was; voor bet overige, dat gij allemaal in goeden welstand
waart. Wij kunnen ons niet begrijpen', dat wij geen brief van U ont
vangen, en dut de Meolemaks (I) niet zijn overkomen. Wij hebben
al drie brieven gezonden: den eersten den 21 December 1845, dien
hebt gij ontvangen, den tweeden den Jli Februari) 1848, en den derden
in Mei, die hebben wij met een Duitsclier algezonden, die terugging om
zijne lamilic al te halen. In den laalsten brief hebben wij geschreven,
dat Geruit (2) van Milwaukee vertrok tot Wouporent om daar land voor
ons te Uoopcnen dat ik zoo lang te Milwaukee bleef, lot dat ik het
l.uid daar had bezaaid en dan legen November iet hein ging; maar ik
hel) den 25 Augustus liet le Milwaukee de vruchten en het huis, én liet
gebruik van het land, zoo lang als ik er regt aan had, verkocht aan
een Duiiseber, die eerst inkwam, en toen ben ik in 4 en dag van
Milwaukee tot hier vertrokken met mijn wagen, ploeg err verdere huis-
en bouwgereedschappen en mijn ossen-gespan, hetwelk was 90 mijlen
of 30 uren gaans; hel heet hier Fond du lucCounty Willis, of dorp
Wouporent. Wij hebben bier 160 akkers (3) gekóchtde akker voor 10
schellingen, of 1 Dollar en 25 cent; de löl) akkers voor 200 Dollars of
f 500. liet is bier Openings, dal is le zeggen, dat er maar bieren
daar een boom slaat, doch genoeg voor ons oiri liet land af le rikken
en ook om te branden, hoewel wij het meeste van het land kunnen
houwen zonder liout er af le hakken, liet seheeu ons heel goed land
toe, en I/iet' omstreeks groeijen ook allerhande vruchten. Zij 2ijn van
dezen zomer ook heel goed uitgevallen, zoo als write, Turksclie weite
haver en aardappelen, en de hof- (tuin) vruchten ook. Wij hebben er
zeer veel laagland bij, dat wij hooi in overvloed kunnen verbouwen,
vour meer dan 50 of 60 stuks vee. Zoo gijlieden het hooi daar bij u
hudl, hetwelk wij' dezen herfst van hel land moesten branden, zoo ver
trouwen wij, dat het meer waard was dan de halve Kiekebett. Eene ri
vier loopt er door, welke haar water ontvangt uil de springen liet welt
altijd water genoeg voor ons eu de beesten. \Vij zijn hier" met 9 liuis-
huudingen Hollanders, die het land aan elkander hebben tigr»en. Zij ko
men Uit Gelderlandvan WinterswijkAalten, Dinxpcrlo en 1'elp; eene
met name Slejstek uit-Velp, verwacht legen liet voorjaar zijne panaché
familie en vele bekenden, waaronder vele rijke lieden moeten zijnook
van Wilpe en Voorst zijn hier nog 2 jongens, liet Speet ons, dat'wiLs
lem (4) niet van zins .iste komen; niet om ons, maar iiij kon bier veel
beter op den duur aan den.gang komen, dan in holland, hoewel hij er
zijn eigen zin in moet doen. Zij zeggen hier. ook al, als dal liet in Hol
land niet lang zal duren, of er zal wel revolutie of een groolc verande
ring komen, en dat er veel rijken zijn, die limine Papieren verkoonen
en van zins zijn om naar Amerika te vertrekken. Gij scheelt ook dat
gijlieden graag hadt, dat er eens ren van heiden over zou komen het
geen wij ook wel willen doen, doeh gij beirjeft ons in de eerste 2 of 3
jaar nog niet le verwachten. Wij kunnen de reis op lieden niet doen
oi wij hebben er meer dan f 500 schade hij, en hetgeen wij er om moe'
(I) De Amh. C. vraagt hier, waarom die niet genoemd? Misschien
omdat de Redactie daartoe geene vrijheid heeft gekregen.
(1) De familie Meülejians woont onder Wijhe.
(2) Een broeder, die met 11. (Duitjian) den 10 Mei 1845 van Am
sterdam naar New-York is vertrokken (voor welke reis met inbrm-h.
voor den kost, zij gezamenlijk ƒ110 hebben betaald). 1
(3) 160 Noord-Amcrikaansche akkers zijn 64 Neüerlandsche bunders-
een Do lard lubbende 8 Schellingen, is 2.50, een Amcrik Cent i«
gelijk 2%- Ned. Centen, een mijl bedraagt 20 minuien of uur
(4) Een andere broeder, bij zijn zwager in 't ouderlijke huis inwonende.