vinaen zaldat tk bï ataal benen mij ongepast gedraag." «De Officier zegt ter zijde: hel is dweep er ijdolheiden neemt zijn requisitoir" enz. (4) «Ik droeg eene korte verdediging voor, waarin ik nog tel kens werd gestoord, terwijl de Officier voortdurend zat te draaijen en te spotten." "Vervolgens kreeg de Officier van Justitie wederom het woord cu zei deonder anderen: »»De beklaagde bejammert het vervolgen van stille, rustige bur gers, die men met stral' bedreigt. Gods oordeelen zijn daarbij zelfs ingeroepen. Men heeft Napoleon genoemd alles fraai ven wel, dochjbet antwoord op die klagte is dood een voudig: Gij wilt vervolgd worden; gij maakt u tot vrijwil lige martelaars. Gij begrijpt "echter niet, dat men geen be lang meer in uwe zaak stelt. Zij is verouderd, afgesleten; nu de Scholtiaken vergeten zijn en versletenkrijgen wij Zonnlanen. Het is het oudewaaraan men een nieuw kleurtje heeft gegeven."" Na veroordeeld te zijn werden zij later andermaal, ja zelfs ten derde male gedagvaard en veroordeeld. Wat de eerste reize niet gebeurde," 2cgt de schrijver, de volgende teregtzit- ting betreffende, «wedervoer mij thans. Ik werd in mijne ver dediging gestuit." «De memorie, welke hier. achter door mij wordt medegedeeld, was voor deze gelegenheid door mij op gesteld, en reeds vóór ik een aanvang maakte, om die voor te dragen riep men mij toedat ik kort moest wezenof dat men mij het woord zou ontnemen«en waarlijk men hield woord; de regtbank verklaarde, dat zij genoegzaam was in gelicht. «Nu moge onze geheele natie oordee len, of ik in een mijner heiligste regten, het regt der vrije verdediging, ben belemmerd, ja of neen." In eene, daarop betrekkelijke noot, staat: «Ik kan niet nalaten bier een paar woorden neder te schrijven welke mij bij cleze gelegenheid door den Substituut-Officier Nepveu tot Ameide werden toegevoegd. Ik zeidedat ik mijne memorie zou laten drukken. Wel ja«zei die heer," na dan kunt ge er nog een duitje aan verdienen."'''' «Nederland! Christenen! zóó zijn wij bejegend!" Wij hebben er niets bij te- voegen Het bcspottelijksle en hatelijkste dwangmiddel dat S'-ms aangewend kan worden om nalatige belaslingschuldingen tot hunnen piigt te brengen, is "ongetwijfeld het inlegeren van een oaenisaibe. Na eerst eene Waarschuwingen daarna eeoe Aanmaninggekregen te hebben, zendt men hun een Dwang bevel tot parate executie«dal is, hel regt om de roerende en onroerende goederen des schuldenaars zonder vonnis- aan te tasten." Nu luidt Art 17 der Wet van 22 Mei 1845, op de invordering van 's Rijks directe betastingen«Alvorens tot de uitvaarding van dwangbevelen tegen achterlijke belasting schuldigen over te gaan kan de Ontvangerop daartoe be- jkomen magtiging van den Karitonreglerden nalatige, nuts hem ten minste 24 uren te voren schriftelijk kennis gevende, door inlegering tot betalingen dwingen en hem të dien einde een krijgsman zenden, voorzien van een bevel tGt inlegering, hetwelk door den Ontvanger uitgevaardigd en door het hoofd van het plaatselijk bestuur voor gezien geteckend Wordt" Men kan dus van zulk- een opgedrongen logeergast nog vrijkomen door binnen 24 uren na de kennisgeving te betalen, maar dat past juist velen niet. Krijgt men tien krijgsheld,!! onderdak, dan moet hem huisvesting voedingnachtlegereen plaatsje aan den gemeenen haard, en 50 cent per dag zakgeld vei-sehaft worden. Langer dan 10 volle dageii behoeft men met den vriend niet opgescheept te zitten maar zich onwillig toonende hem behoorlijk te regal eren wordt zuJks gestraft met eene boete tot f 100 en bij wanbetaling tot 6 maanden vrij logies in een der pakhuizen van Mevrouw Justitia. Zoo werd onlangs nog een arme drommei te Tie!die noch voor zichzeivennoch voor zijn gezin te eten had, en dus zoo'n vreemden gast niet (4) Den 15 Oct. j'l. had bij het GfitmneJe bof te Berlijn de eerste zitting plaats, op tien voet van ile nieuw vastgestelde proces-orde. Al- *>emeeri heeft dezelve aan de verwachting voldaan,- vooral deed het ge noegen, den voorzitter den beklaagde met Siete hooren aanspreken, in tegenstelling van het anders aan de orde van den dag zijnde «Du". De Arnh. C. voegt hierbij: Humaner behandeling der beklaagden voor de regtbanken en hoven hier te lamle ware niet minder wenschelijk, ja, pligtmalig; het is beneden de regteriijke édel-achtbaarheid en cdel-groot- aehtbaarheidden beklaagden een süpolend «jij" eri «jou" toe te voegen. Men behoeft daarom nog niet te spreken van »u" of »uwe", maar uok liier foAl le ion la musiqué. Ook zijn uitdrukkingenals: hevel je liegt", »je bent een schelmen dergelijke incongruiliteitendie bewijzen, dat althans in liet regteriijke, liet spreekwoord »de kleedcren maken den manminder toepasselijk is; ze zijn in strijd met de sombere deftig heid der toga's, der mutsen en der beffen." naar cisch kon onthalen tot 8 dagen gevangenisstraf veroor deelddaar hij natuurlijk geen- 10 boete kon opdokken. De maatregel is, behalve bespottelijk en hatelijk, ook ge heel overbodig te achten. Immers waar niets te halen is, heeft de Keizer zijn regt verloren. Hoe zal iemand, die niets bezit, kunnen betalen; en hen,, die nog het een en ander bezitten, kan men immers hun boeltje bij parate executie doen verkoopen? En is de inlegering bij medeburgers van een krijgs man een verdediger des vaderlands, bovendien voor den cer- vollen militairenstand niet vernederendstuitend eri onteerend? Pot welke schandalige en droevige tooneelen geeft die inle- I ëei'ng soms niet al aanleiding? Een enkel maai echter ook wel tot kluchtige scèneswaarvan wij ons ééne herinneren, die wij hier willen medcdeelen. Zekere Ate dezer stede, was met vrouw en kinde- I ren dood -arm geworden, en met de aanzuivering der Per- I sonele Belasting zeer ten achteren waarom men hem einde- I Kjk op een kouden winteraiwjc?(thans geschiedt het schan- I daal op helderlichten dag) een garnisaire te huis bragt. Hij I ontving den krijgsman uitermate vriendelijkwees hem eene I plaats aan bij den vrij goed verwarmden kagchelen presen- J teerde hem een snapsdie gretig geaccepteerd werd. Onder sterk borrelen en een levendig gesprek, was het 10 j ure geworden en nu verwijderde zich voor een oogenblik de gastheer, zekerlijk, zoo de garnisaire dacht, om toebereidselen te laten maken voor het souper: maar de huisbaas kwam terug met een emmer vol water, en, terwijl hij zijn logé toe voegde: «Vriendje, 'k ben altijd magtig bang voor brand, gooide hij die hoeveelheid water op den gloeijenden kagchel j De arme kurassier meende van schrik eene beroerte te krij- gen, sprong op,- en liep ijlings de deur uit. A. is nooit I weder een garnisaire te buis gezonden. De Piedactie van 't Weekblad voor den Helder en het f Nieuwe Diepde Volksbode van den heer L. van Vliet aan- kondigendevoegt daarbij de volgende aanmerkingen li «Het is jammer, dat deze onderneming in de wijze van J uitgave, zich onderscheidt door ontduiking aan de wet op het zegel. De wet zij goed of kwaad, gehoorzaamheid aan I haar is pligt, ontduiken, is sluiken, en de uitgever doet het I op klaar lichten dag." Dat men gehoorzaamheid aan de wet schuldig isonver schillig of 2ij goed of kwaad zijstemmen wij volkomen toe, maar wij zien in de handelwijze van den heer van Vliet geenszins ontduiking van 's lands regtenof sluikerijeven min als men den uitgever derWespen en den heer Nygh met zijne Tabletten bij de N. Rolt. 6'., daarvan kan beschuldigen. Zij profiteren slechts van eene onvolledigheid of gebrekkelijk- heid iim de wet, en zijn daarin in hun volle regt. Bedient wederkeerig het bestuur in deszelfs voordeel zich er ook niet van, om maar in te palmen? Wanneer het alles aanwendt, I om uit de wet te halen, wat er maar in en niet in zit, heb- ben de ingezetenendan niet liet regtom hun vernuft te spitsenzich aan ©verdrevene belastingen en fiscaliteiten op eene onschuldige wijze te onttrekken? Wat «op klaar lich ten dag geschiedt," en onder het oog van iedereen, zelfs van den op per-fiscaal van Hall, kan daarenboven nooit ontduiking of slu/Hperij jieeten. Wij kunnen het, bij voorbeeldeen koop man of fabrijkant, die wegens zijn bedrijf, er paard, rijtuig en knecht op moet na houdenbest vergevenwanneer bij patent neemt als verhuurder van paarden en rijtuigen, ten einde daardoor den hatelijken aanslag in de Personele Belas ting, hoogste klasse, van den 5den en 6den Grondslag, te ont komen. Maar als, bijvoorbeeld, een Burgemeester of Ont vanger der Registratie, hoedanige wij kennen, die uit weelde équipage houdendit kunstje proberendan noemen wij het een schandaal. fe Berlijn heeft men uitgecijferd, dat wanneer onzer aller vader Adam zich tijdens de schepping op een stoomwagen geplaatst had, ten einde zich van de zon naar de door Leveiuuur en üallb ontdekte nieuwe planeet le begeven, hij op dit oogenblik weinig meer dan de helft van den weg zou afgelegd hebben, terwijl de reis zelfs per spoorweg, met afleppinw van 200 mijlen per dag, toch altijd nog 10,623 jaren vereischt. °180 Amsterdammers hebben bij de Tweede Kamer gepetitioneerd om vermin dering van br.ief-porto's- De Puolsche Joden hebben thans de Policie voor kamenier; zij snijdt hun het haar en den baard af en ontneemt hun het door de Regering verboden kleed, 't Is zeer gedienstigjn Graauwbunderland is even als in Walffsserland aan jongelingenbeneden de 20 jaar, het rooken en gebruik maken van lucifers op "boete verbo den. De jongelieden dus (behalve de Minister) boven de 20 jaar die hiervan gebruik willen maken, zullen genoodzaakt zijn, met hunne doop cedels in den zak te loopenwillen zij alle onaangenaamheden met de lastige policie voorkomen. Van de jonge dames wordt geen melding ee-

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

De Kaleidoskoop (1846-1851) | 1846 | | pagina 2