Poch helden nog-fiïe"6A-Lifcxaantijging van tegenwerking doet vepvèllertisX da^jui^t a^to^p^dernemers der bedoelde Beurt- v#.aft;, vdpr te rigten Stoomsleep-dienst ll&blm gefeckèj&l. ZiefojaaK^'t^^envoudige redenen waarom de .'$k. 'd/foe<$ij(ke' m^^rJWjhge wreven blaam en schijn- bescliuldtgi^^geSei-1 nietig wordt en vervalt. ecu cn^l,^ w«rordj> omtrent de zinsnede: Wij laken efeze oncleN^ming nict^/Sie wel moge varen, wanneer -/ij de middelen van' gtmccusefrap met eene (een) deugdelijk (e) vermeerdert.11 Men schijnt nog te twijfelen of die onderneming wel een deugdelijk middel van gemeenschap zal daarslellen; onzes in ziens is zulks ^an allen twijfel ontheven, hetgeen trouwens geen beloog behoeft; te meer, daar de proefvaarten van be doelde onderneming gunstig waren en allezins goede resultaten mogen doen verwachten. Genoeg hierover. Wij zien dat de beschuldiging van tegen werking ongegrond en wat niet al meer is; intusschen (wij zeggen dit met alle respect voor des schrijvers onpartijdigheid) mag men integendeel aannemen, dat de mislukking der Ótoom- sleep-dicnst op den IJ sselalleenlijk is toe te schrijven, aan verkeerd toegepaste beginselen; want niet zonder regt zoude znen kunnen zeggen, dat HIJ. ontwerpers van het plan eener Stoomsleepboot-ixeederij de paarden achter den wagen Leb ben gespannen. Door de plaatsing dezer regels zult gij vcrpligten Deventer5 Jülij 1846. X. In de eerste vergadering van Dingsdag, der Prov. Staten van Overijssel heeft de President al dadelijk de nederlaag ge leden. Z.Exc. wenschle de herziening van het ongrondwettig Reglement op de samenstelling en van hel gezag en de. magt der Stalenwaartoe ten vorige jare eene Commissie was be noemd, te smoren, en dat was mis. Z.Exc. telde zich nu weder onder de stemhebbende leden. Donderdag is Mr. A. JD u ij m a e r van Twist als lid dei- Tweede Kamer ingekozenmet 46 van de 60 stemmen. De overige waren verdeeld als volgt: Jonkh. C. M. Storm van 's Gravensande 2, en Mr. A. J. Vos de VV aél, Mr. H. van Loghem, Mr. L. J. Rietberg, Jonkh. Mr. H. A. Wttewaalvan Stoetwegen, Mr. J. T. R o e s i n k Udi n k elk ééne stem terwijl er 7 niets mede te maken wilden heb ben, ep een blanco briefje gaven. In Limburg is Cor- n el i herkozen. In Noord-Holland Cor ver Hooft idem voor den Tex de Heer C. D. Crommelin, doch deze bedan kende, dfe Heer D. Borski. In Groningen van Panhuis herkozen, doch VVichers er uitgeknikkerd (o gruwel!) en in diens plaats gekozen Mr. C. M. Nap? Zal het een Napje (Napoleon) zijn! Men zegt althans, dat hij onafhanke lijk is, lid van de kamer van koophandel en consulair agent van Frankrijk. Onlangs debiteerde de Drentsche Courant eene hatelijk heiddie wij niet stilzwijgend willen voorbijgaan. Onder scheidene bladen,11 zegt ze, merken op, dat de Hooge Raad den 15 (Junij jl.j heelt gedineerd bij den Procureur-generaal bij dat collegie, en den 17 de drukpers-processen zijn uitge sproken. Wat doet men al niet om aan 't volk, dat zoo bgt op den schijn afgaatiels diets te makenDe Hooge Raad eene vierschaar, waarop Nederland roem mag dragen, zou zich laten omkoopen door een middagmaal! 5t is inderdaad belagchelijk.1' Om hier na de goede trouw van de Drent sche Ct. weder te doen uitkomen moet men wetendat die dagbladen, welke zij schijnt te bedoelen, en waaronder ook ons blad behoorteenvoudig op dat diné hebben aangemerkt dat zoodanig feest juist plaats hacl op een tijdstip, dat aller oogen met de meeste belangstelling op den Hoogen Raad ge vestigd waren daar deze hoogste regtsmagt binnen twee da geneene beslissing zoude verkondigen, waarvan de vrijheid der drukpers, dat palladium onzer vrijheden, en het lot van twee brave huisvaders afhing, terwijl de gastheer Deketh ongunstig dienaangaande had geconcludeerd. Dat gastmaal vond men ontijdig, vreemd niet kiesch; het deed het hart van een regtschapen mensch pijnlijk aan. Is dit nu den Iioogen Raad verdenken van omkoopbaarheid door een mid dagmaal? »1t Is inderdaad belagchelijkzeggen wij op onze beurt, maar het is meer dan belagchelijk van de Dr. C. 't is maar wij laten aan elk over te beslissen, welke naam het verdient. Met alio regt mag men verwachtendat de aanzienlijksten in den lande het voorbeeld geven van verfijnden smaak, kiesch gevoel en decorum. Maar hoe weinig merkt men dit gewoonlijk bij hen op. Alleen een zekere welvoegelijkheid wordt in acht genomen, die men ton of etiquette noemt, doch die door den man van echte beschaving zelden voor iets meer dan ij dele of belagchelijke pligtplégingen wordt gehouden. Zag men niet, om slechts een voorbeeld aan te voeren, in de beide vorige winters bij algemeene ramp, in de residentie de schitterendste'feesten geven, getooid met eene verblindende pracht en verkwistende weelde, die het ergste en stuitendste contrast opleverden met de hcerschcnde ellende van duizen den in de nabijheid der feestzalen? Wij hebben het eerste nommcr gezien eener nieuwe Cou rant, getiteld de Volksvriendverschijnende maandelijks, a f 1.20 in 't jaar. Het doel, dat men zich met de uitgave voorstelt, is niets minder dan eene verandering in den geheelen toestand ja van de gansche wereld, te helpen daarstellcn.11 Voorwaar gcene kleinigheid! En dit is geene overdreven bluf; immers, wanneer het eigentlijke voorgestelde doel de afschaffing van den sterken drankbereikt mogt worden, zou er inderdaad een- groote en gezegende ommekeer in het maatschappelijk leven tot stand zijn gebragt. Wij vrcczen echter, dat dit vooreerst wel tot de vrome wenschcn zal behooren. Intusschen juichen wij deze nieuwe poging der Nederl. Fcrecniging tot Afschaffing van s/erken drankten zegen der menschheid, luide toe de sterke drank toch is de bron van veel kwaad en ellende: maar de middelen, die ter beteugeling worden aange wend zijn niet alle doelmatig; ook hier bederft men door overdrijving veel. Mogt men toch begrijpendat men niet alleen moet afbreken maar ook weer opbouwen met andere woordenvoor den gewraaklen sterken drank iets beters in plaats geven zoo als door den zeer menschkundigen Pater Matthew in Ierland ook gedaan is, en waaraan men, meer dan aan ijdele exclamaties het ongemeen succes der afschaf- fings-genoótschappen aldaar te danken heeft. (Zie deswege, het zeer belangrijk werk van J. G. Kohl, reizen in Ierland enz.) Wij duiden het Asmodée niet zoo erg ten kwade, als hij, in N°. 36, zich vrij heftig uitlaat over de Armenkerk te Delft, en zien er dat groote heil niet in als Overijssel(N°. 142) om afzonderlijke kerken voor armen en rijken op te rigten. Dat de schamele kleeding der armen hen zou terughouden van het kerkgaan, wenden zij slcchls voor. Zooveel kleeding kun nen zij al ligt van armbesturen of menschenvrienden beko men om zonder aanstoot te geven in 't openbaar te verschij nen; dat onder dc armen, vooral bejaarden, er gevonden worden, wier geest niet' gehocgzaam ontwikkeld is, om de gewone leerredenen te kunnen begrijpen, bekennen wij, dat bij sommigen het geval is, maar deze kunnen immers afzon derlijk onderrigt ontvangen, om, na eenigen tijd, met vrucht de openbare godsdienstoefeningen bij te wonen? Eene afscheiding voor het oog des Allerhoogstenvoor wien allen gelijk zijnhouden wij met Asmodée voor eene absurdi teit, voor stuitend, wat ook de arme gevoelt. Een veelja rige omgang met die ongelukkigenals Arm verzorgerbeeft ons hiervan overtuigd. Wij zijn het echter volkomen eens met Overijsseldat het bijwonen van de openbare godsdienst voor de armen aller noodzakelijkst en eene zedelijke weldaad voor hen is. Maar zij moeten zich daartoe kunnen vereenigen met al de broeders en zusters der gemeente. Zij moeten er toe opgewekt, aan gespoord en in staat gesteld worden, door alle doelmatige, zedelijke middelen, die leeraren, opzieners en armverzorgers kunnen aanwenden. Maar zulks moet niet door wereldlijken dwang geschieden, gelijk hier. en daar plaats vindt. Zoo werd voor eenige jaren te Deventer, bij het oprigtcn eener Armenkerk, de maatregel ingevoerd, dat een gedeelte der armen, die wekelijks in geld bedeeld werdenhunne toelage niet konden ontvangenals ze niet het bewijs leverden(een kaartje produceerden)dat zij den vorigen Zondag de Armenkerk hadden bezocht. Die dit kaartje niet had of geen vrijbrief jé kon vertoonenwerd ongenadig afgewezen. Vele bedenkingen werden tegen dit dwangmiddel ingebragt; zelfs een der heeren predikanten onttrok zich aan de dienst in de Armenkerk. Anderen trachtten de bezwaren te weder leggen door aan te voeren, dat men.de armen als kinderen moest beschouwenen dat ze dus gedwongen ter kerk moesten gezonden worden; als ook, dat wanneer slechts één van de honderd door*het gedwongen opkomen verbeterd en behouden werdde verordening heilzaam was en gehandhaafd moest worden. Wederkeerig voerde men hiertegen aan, behalve

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

De Kaleidoskoop (1846-1851) | 1846 | | pagina 2