sTwjden °m 46 Waken Cn met vereen%c'e krachten te ^ich door dien invloed van wciniscn laat belezen, zoodat de bate dier weinigen, beter behartigd wordt, dan de algemccne belangen, dat achten wij beklagelijk. Die invloed, wars van alle verandering, drukt op Deventer als cene verdoovende magt, en houdt elke ontwikkeling ge stremd. Die invloed doet cene stad met belangrijke inrigtin- gen van wetenschap en nij verheid met cene aloude vermaard heid in den handel met groote kapitalen met eene burgerij waaronder velen, wicn het noch aan inzigtnoch aan zucht tot verbetering ontbreekt, onbewegelijk stil staan, terwijl zich alles rondom haar tot den vooruittogt in beweging zet, en schijnt, na zich zeiven, niets zoo sterk te beoogen dunden morelen en intellectuelen toestand der stad zoo veel mogelijk gelijk te maken aan dien harer verweerde en verouderde vesten." Wij hebben hier niets bij te voegen, dan den wensch, dat het bovenstaande op goede gronden mogt tegengesproken en wedcrlcgd kon worden, waartoe wij gaarne cene plaats in ons blad willen inruimen. Meermalen hebben wij onze lezers opmerkzaam gemaak^ op het ongehoorde, dat behoeftige personen, die zich uit ge brek naar de Ommerschaus willen begeven genoodzaakt wor den om zich aan bedelarij of landlooperij schuldig te maken ten einde door dit misdrijf te begaan, de zegeningen van de Koloniën van Weldadigheid deelachtig te kunnen worden. Het dagblad Overijssel No. 134 levert daarvan een nieuw treurspelden 4 Junij te Zwolle vertoond met een behoeftige en eergierige man en vrouw, die zich vrijwillig voor de Ouimcr- schans hadden- aangegeven doch afgewezen waren geworden en nu schoorvoetende met schaamtegevoel cene aalmoes gingen vragen ten gevolge waarvan zij werden gearresteerd en naai de gevangenis ge'bragt, 0111zoodra er een zeker getal bijeen is, gezamenllijk verhoord cn veroordeeld te worden, en na eenige dagen, wanneer dc benoodigde stukkeu in gereedheid zijnten lange laatste in massa naar de Ommerschaus te wor den getransporteerd. »Welk een omslag en kojtcn in eene zaak die zoo eenvoudig zijn kon zegt Overijssel in de eerste plaats, cn vervolgens roept de Redactie, teregt verontwaardigd, uit: «Welk cene wreedheid! Gebrek aan vrijen arbeid en de zucht om eerlijk te blijven, noodzaakt zulke menschen om dien arbeid, niet opoffering hunner vrijheidte zoeken aan de Ommerschaus. Het heeft hun een strijd gekost om lot dat besluit te komen maar zulks blijkt nog niet genoeg tc zijn. Gij, tot hiertoe eerlijke en onbesprokene armen moet nog een strijd strijden Gij moet besluiten om overtreders der wet te worden gij moet, even als misdadigersgevangenis, verhoorenveroor deeling Jijden, dan zult gij dooreen ontce end vonnis de weldaad ontvangen om voor uwen arbeid een bete broods te hebben. «Welk een diepzinnig beleid onzer hoog beschaafde n aat- schappij!" is dc derde aanmerkiug van Overijssel. Voor het misdrijf heeft zij brood cu werk: voor eerlijke eu nijvere armoede heeft zijhet misdrijf!!! De berigten uit de omstreken van Deventer en Zutphcn omtrent de Rogge zijn zeer geruststellend, en vrij wal gun stiger^ dan de rapporten van eenige heeren op het Landhuis houdkundige Congres te Zwolle. Wij hebben rijk geladen Rogge-arèn gezien, gegroeid op het landgoed dc Kelder onder Wilpe, van bijzondere grootte en zwaai te, hebbende de halmen van 18 a 22 Ned. duimen, en tellende van 80 tot over de 100 gezonde en zware korrels. Apeldoorn, 25 Junij. De dagen van Maandagen Woens dag 11. zijn alicrgenoegclijkst afgeloopenen mogt op den eerstgenoemden dag de hooge graad van warmte menigeen hebben teruggehouden om de Wedrennen te gaan bijwonen op gisteren was de toeloop zeer groot, waartoe voorzeker de wensch om Z. M. den Koning te zienheeft medegewerkt. Z. M. arriveerde gisteren morgen ten 10 uur, vergezeld van Z. K. II. Prins Hendrik, en Hoogst derzclver adjudanten van Heemskerk en van Rapperd, op het Looen on geveer ten half 12 uur met de Prinsen, te paard gezeten, op de plaats voor de Wedrennen bestemd. Kort daarop kwam ook II. K. H. de Prinses van Oranje, met den Erfprins aan, terwijl men van alle zijden eene menigte vreemdelingen zag toestroomen. Voor de vorstelijke personen en aanzienlijke genoodigden was eene sierlijke tribune opgcrigt: en niet ver van daar, cene doelmatige overdekte zitplaats voor het pu- pliek, van waar men de gehccle baan konde overzien. De Wedrennen werden ingevolge de uitgegevene programma's achtervolgelijk uitgevoerd, en daarbij de deugden der paarden en de bedrevcndheid der ruiters, om het zeerst bewonderd; onder de overwinnaars werden Prins Alexander, Hertog Sc hl es wig Ho lste in, cn de Heer Sterlings Craw- furd genoemd. Rij wijze van foegift, had men het gein gen een zevental Dragonder-officieren uit Deventer, de ren baan te zien binnenrijden, om de snelheid hunner paarden te beproeven; waarbij dat van den Luit. Prins, het eerst den eindpaal bereikte; waarvoor die officier de eer genoot door den Koning en dc Prinses gecomplimenteerd te worden. Daarna heeft er een diner plaats gehad in eene daartoe op gei igte tent; na afloop waarvan <L doorluchtige gasten, zich naar het Palcis hebben terug begeven. Wij vernemen, dat in cene zeer vruchtbare landstreek van Noord-Holland niemand zich bekreunt aan de bepalingen van het Strafwetboek (art. 459 401) tegen den voortgang van veeziekten. Die landstreek leeft meestendeels van veel- teelt en kaasmakerijcn de longziekte bestaat er nog. Wij zouden daar de heeren kaasboeren aanraden om zeer beleef delijk en onderdaniglijk te dien opzigte hunnen heer burge meester wat op te rijdenbovendienom zelve wat beter voor hunne eigene belangen te zorgen daardoor tevens voor dc belangen van de omliggende buurten, en verder voor de belangen van alle kaaskoopers en alle kaaslief hebbersdie bij dat voortreffelijk vaderlandsch product toch wel niet op vun- sche smaakjes en luchtjes gesteld zullen zijn. Foei! 't is lce- lijkzoo slap en zoo slaperig den roem en het crediet van zulk een belangrijk handels- en levensartikel te helpen ver- knoeijen. Yclerwege cn dikwijls wordt gevraagd en in over- weging genomen wat men toch doen zal om dc longziekte te weren of te stuiten. Maar als niet eens de algemeene landswet wordt opgevolgd of te baat genomenwat helpen dan al die deliberaties? Wat zijn negatieve memoriën van aangifte, in zake van successie, die in de wet van 3 Oct. 1845, bij art. 27, No 66, van zcgelrcgt zijn vrijgesteld? Men dacht, dat daarmede bedoeld worden memoriën van aangiften van nalatenschappen die uit haren aard aan geen het minste regt onderhevig zijn onverschillig uit welke bc- sfanddeelen de boedel is zamcngestcldboedels, bijv. die geene 300 waarde hebben, althans die, waarin meer schuld dan goed. aanwezig is. Er zijn er ook die vermecnen dat daardoor bedoeld wor den boedels, niet aan eenig regt onderhevig, waarin geene onroerende goederen zijn. (Zie: Handleiding op de wet van hel Zegelregt van C. Steen dijk). Een en ander mis! Dc minister van finantiën de scherp zinnige van Hall. heeft er iets anders opuitgevonden, dat, als wij ons niet^ bedriegende vrijstelling geheel en al doet vervallen want Z. Exc. zegt in zijne circulaire van 25 Maart 1844, No 710.' «Onder de negatieve memoriën worden al leen de zoodanige verstaanwaarbij noch baten noch lasten worden aangegeven noch wordt verklaard dat er vruchtge bruik is vervallen of fideï-commis is overgegaan. De vraag is nu uit welke bestanddeclen een boedel moet bestaanom aanspraak te kunnen maken op de bovenver melde vrijstelling? Die 't weet mag het zeggen! Naar aanleiding der I\ieuwe Hollet damsche Courant van 15 dezer, een compliment bevattende voor onzen minister van buitenlandsche zaken en de annexe diplomatie, willen wij niet voorstellen om aan dc hoogere brammen van ons diplo maten ministerie aangebrande dinës en pannckockspannen-se- renades tc geven voor den Nedcrlandschen spoed, waarmede zij onzen handel onderrigten van tarief-veranderingen enz. sedert vele maanden bij den buitenlander vastgesteld; maar veeleer, om hunne borstrokken, slippen, kragen, ruggen, vcstpanden en kneveltjes te behangen met kruizen en lintjes. Doch neen! Ze mogtcn zwellen en barsten als een zekere nachtegaal der groene waterboorden', (Lafontaine's kik- vorsch). Men heeft regt om te denken, dat ze de besten zijn die men vinden kon: hunne opvolgers mogten hen overtreffen. De schrijver der Wespen zegt in zijn laatste nommer: «De natie is weer zoetjes ingesluimerd: de Kamer ook en wij hooren niets dan het liedje: «Suja! suja kindje 1 't Pappelje staat in 't spintje!" Van de Tweede Kamer kan dit met grond gezegd worden maar geenszins van de natie. Neen zij wil niet met vader van A1 p h e n zeggen «Lieve Rêdder fiouilt de wacht, «Wij gaan slapen, goeden nacht!" Dat zij verre; vooral thans, nu op den noodloten 1/ dag van Junij, de vrijheid der Ifederlandschc drukners haren slag van Waterloo heeft geleverd en verslagen is' nü wij berooid zi n geworden van dat dierbaar kieinnood, is het

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

De Kaleidoskoop (1846-1851) | 1846 | | pagina 2