Stemmen uit Vondels graf.
Top.
Jan.
Top.
Jan.
Top.
Krelis.
Top.
Krelis.
Opposant.
Minister.
No. 6.
5r.? ^AN wat heb ik straks vernomen!
Gij gaat dan naar de West?
W D te zamenvrouw en kinders
En sterven aan de pest!
HeV.> a's hoor Jan! behelp u in den nood.
k. bterf liever aan de pest dan aan den hongerdood.
No. 7.
Zeg IvRELis-maathoe slecht de tijd ook zij
U schijnt geen vrees te prangen!
De kans, verkeert 'k heb altijd opgedokt,
Ik moet dus eens ontvangen!
En loopt dit mis?
Dan word ik beul
En kan ik 'tanderen niet, ik ga mij zelv' verhangen.
No. 8.
Het népotismus is een ziekte
Die 't land verpest en brengt in rouw.
Gij hebt gelijk; van daar de reden,
Dat ik het met de nichtjes hou!
Samiël.
Eene vrij komische zaak werd den 19 Maart j.l. voorde
Arrond. Regtbank te Zwolle behandeld. Een Kamper porce-
leinkrammer, de Heer J. F. J. JIöhm, tevens gelegenheids
dichter, gewapend met een brdgelijk gezegd wordt, op een
kunstmatigen neus van stopverw gezeteld, stond teregt als be
schuldigd zich aan den vleesche van eenige kinderen Israels
vergrepen te hebben. Zie hier het gevalletje:
Röhm had van twee Joden de vereerende commissie ontvan
gen van twee dichtstukjes, die toepasselijk moesten zijn op het
aanstaande Purimfeest en zoo pikant als de Snelwagen. Op den
22 Febr. trok een 4tal Israëlieten naar de woning des dichters
om de bestelde poëzij in ontvangst te nemen. De dichter Jas
ze hun driemaal voor en meende zich eens regt goed uitge
sloofd te hebben; dan, men begon te recenseren, en die kri
tiek over de Cadans voor de Purim met een slotvers om te
zingen: d la Walsemoet nog scherper geweest zijn dan die
over de Troonrede in den Bijwagenmaar minder gevaarlijk
en schijnbaar met het speculative doel, om het gevraagde
honorariumreeds uiterst pover een paar ellendige kwart-
jes nog te beknibbelen. Men had de stoutheid het schan
delijk bod te doen van twee dubbeltjesen dat voor poëzij als
deze; Cadans 5de couplet)
Jong gezellen
Die vertellen
Soms wel d' een of ander zaak:
Poerims-gasten
Zijn geen kwasten
Is 't niet mis zoo is liet raak.
Niet vreemd dan ook, dat de Muzenzoon, in toorn ontsto
ken en in heilige verontwaardigingde kagclielpook greep en....
Om deze dichterlijke vervoering had ons miskend genie zich
een correctioneel proces op den hals gehaald.
Hij ontkende aan de dienaren van Themis, nevens de lier
ook de pook gehanteerd te hebben, en weidde breed uit over
de schandelijke belooning, die men hem voortweeverzen had
aangeboden, waarbij hij de juiste opmerking maakte, dat het
dichten geen handwerk ivas en het roijaal moest betaald wor
den. Ten slotte verliet hij zich op de regtvaardighcid der
vierschaar welke hij geene andere getuigen voor de waarheid
kon aanwijzen dan zijne vrouwzijn geweten en God.
Niettemin was de eisch van den OHicier van Justitie eene
maand brommenf 8 boete en de kosten.
Jammer, dat de beschuldigde den regters niet heeft doen
opmerken, dat zijne armzalige Israëlitische recensenten listig
hem de verzen tot driemaal toe hebben doen opzeggen met
het vermoedelijk doel, om ze in 't geheugen te prenten en ze
alzoo gratis te bekomeneene intriguedie beschouwd kon
wordenals diefstal aan het talent des dichters gepleegd.
De zaak ware dan misschien gunstiger voor den veroordeelde
afgeloopen want, niettegenstaande de regtbank in haar mid
den een Ilarpenzanger telt, die natuurlijk een collega dichter
tot voorspraak moest verstrekken, is hij geeondemneerd oin
zes dagen in een prozaïsch pakhuis van den minister van Jus
titie, ver verwijderd van den Zangberg, door te brengen,
doch is, welligt om zeer voldoende .redenenvrijgesteld van
opdokken.
Men verwacht eerstdaags te Hengelo in Overijsseleene
comparitie van Katoen-fabrijkantenin Twenthe, ter bespre
king hunner belangen; waarmede die van de nijvere volks
klasse .zoo naauw -verbonden zijn.
Men schrijft ons uit Hellendoorn, dat, naar men ifa.
de groene Doctor in de Regtcn welke in dit blad No 13
zou bedoeld zijnreeds eenige dagen vóór zijne beëediging,
z.jn eerste proces b.j het Ger.gt te O.... had geproponeerd
PM" TJ* ^-tgroening,
die kiespijn heeft,
voor een Kan-
wigtjes f 10.00
- 5.00
- 2.50
- 1.00
- 0.50
0.25
0.10
0.05
daar ZED. stond te kijken als een bokf
bevende als een populierblad; en dat, N
tongeregt
Men eindigt met den wenschdat het spreekwoord- A mal
cnfoupier on fait des pains corneës(Als men een brood
niet regt in den oven zetkomt het er scheef weer uit) niet
op zijne practijk van toepassing moge worden
De zeer goede gehalte van onze oude Nederlandschc
muntspeciën is bekend, ook weet men, dat met name de
zilveren muntstukken de innerlijke waarde bezaten voor welke
zij gangbaar waren. Niet zoo kiesch waren onze Pruisische
en andere Duitsche naburen in dit opzigt. De zucht tot na
volging bij ons schijnt ook invloed op ons nieuw muntstelsel
uitgeoefend te hebben, immers beginnen vele nieuwe kwartjes
en dubbeltjes er al vrij roodals Pruisische schellingen uitte zien.
Onlangs ontving eene boerin, die op de markt een vaatje
boter aan een winkelier had verkocht, de betaling deels in
kwartjes, of zoogenaamde vijfjesen in dubbeltjes, waaronder
er verscheiden waren, die er vrij rosachtig uitzagen. »Hoe
»komt het toch," vroeg de boerin, »dat het geld zoo rood
wordt?" »Och!" antwoordde de winkelier, »het bloost
oven de malle eerlijkheid van onze voorvaderen."
Dit wat het gehalte betreft. De zwaarte zou, volgens de
l\ed. Sloompost, zijn als volgt:
Van een Gouden Willemtje 67;9/iooo
w Vijfje de helft
Zilveren Rijksdaalder 25
Gulden 10
w Halve Gulden 5
M Kwartje 2.5
M Dubbeltje 1
H Stuivertje 0.5 - v.vo
zoodat ƒ100 aan verschillende zilveren geldspecie, precies een
f\ed. pond zou wegen. Maar 't is niet waar! Een nieuwe
Ned. Gulden (laatste editie) weegt juist zoo veel als 4 nieuwe
Kwartjes met een nieuw Dubbeltjeen een nieuwe Rijksdaal
der heeft de zwaarte van 6 Kwartjes. Ook is een Gouden
lichtje ligter dan 2 Kwartjes: niet omgekeerd, zoo als de
bloompost zegt.
De berekening is mooi: zuiver decimaal, maar de practijk
weer in echt Ncderlandschen zin!
Wij nieenen het publick opmerkzaam te moeten maken,
dat op grond van eene minislriële aanschrijving, de ontvan-
geis der belastingen, ingeval zij voor de inwisseling van de
oude muntstukken geen kas hebben echter vcrpligt zijn de
zelve aan te nÉmen tegen afgifte van bewijs van ontvangst,
hetwelk binnen vijf dagen tegen contanten of muntbiljetten
moet ingewisseld worden.
Eene Vraag: Moet men de oude munt, tijdens den ter
mijn der inwisseling, al of niet ontvangen? Hieromtrent is
men in t onzekere en verwekt ongelegenheid.
De IJsselbode beeft met dit kwartaal eenige verandering
in inrigting en bewerking ondergaanooknaar wij meenen
bespeurd te hebbenwat de kleur betreft, dat niet dan in
zijn voordeel kan zijn. Het is trch geen Nederlandsche zin
wanneer hij zegt in 't jongste nommer, dat bij de Hollanders
e ambitie is uitgedoold en zij hunne diepe vernedering
«met den glans van verdwenen roem zoeken te bedekken;"
at zij suffers zijn, die, terwijl anderen werken, een dutje
.oe" ^ic hard op van het verledene droomenen wien
t oor de omstanders een papieren neus wordt aangeplakt."
nSplni'me,S Gene aansPorinS tot ontwaken en vooruitgang?
e ode levert nu ook Gemengde Beriqtenen wel op Rijm.
Lie hier een proefje van 't gehalte:
oor rottenkruid lieeft een klein meisje te Londen
en gansclic familie ad patres gezonden.
e prins en princes van Oranje, naar 't schijnt,
er tuuen éerlang naar 't paleis in 't Noordeind.
«;in|CCIA SC',e koolmijn zat tusschen de kolen,
7 S DAM, een levende kikvorscii verscholen.
s in JSew Castte de sneeuw onlangs viel,
Herinnert zich daar niet een enkele ziel.
Tu«0i,,ia '®i broeder, le Zirolle woonachtig,
II ,|C 4 f" 'n, 'eerJ «war i\e besseivijn krachtig.
Cr,1S he<lcn in c/»»a zeer schaars:
i-'n "en far 'cts zeldzaams, maar hier toch niets raars.
Veel ™ag"e.t,seur d°et zijn kunsten pro deo.
^ÜU ,s °P MCS naar ons land van Borneo!
Verbist men zich hier niet in de plaats?
Root van den Deventer zetter.