En nu ga men onze gcregtelijkc statistiek na, om te zien
van hoe veel omvang die criminele en die armenpraktijk is.
Zij beloopt meer dan de helft van alle aanhangige regtsge-
dingenzoodat de advokatenstand in het geheel meer om
nietdan voor loon arbeidt.
Welk ander vrij beroep is daarmede gelijk te stellen?
Neemt de Staat van iemand anders, zonder belooningde
diensten in beslag? De geneesheeren bij voorbeeld, waar
worden zij vcrpligt om niet te practiseren? Dat sommige
hunner dit vrijwillig doen is geheel iets anders; maar het is
geen wettelijke last die op hun beroep drukt. Voor de armen
praktijk worden zij bezoldigd; diensten ten behoeve van den
Staatzoo als het keuren van milicienshet doen van geregtelijke
schouwingen, het uitbrengen van visa reperta enz.alles wordt
hun vergoed. De advokatcn daarentegen erlangen niet de
minste schadeloostelling voor iets van dien aard.
Het gioote verschil is hierin gelegen, dat de Staat liet
beroep van den geneesheer als eene bezoldigde dienstverrigting
dat van den advokaat als eene gehecle gratuite beschouwt.
Maar bij die beschouwing is het ook onregt op dat beroep
nog eene belasting te leggen. Een van beide: zoo de Staat
om niet de diensten der advokaten eischtbehooren zij van
het patentregt te blijven vrijgesteld; of, zoo zij daaraan on
derworpen wordenmoeten zij vergoeding erlangen voor
de diensten die zij bewijzen, llij dit laatste zou de schatkist
veel verliezen.
Men zegtde Staat eischt ook in sommige gevallen van
notarissen procureurs en deurwaarders gratuite diensten en
zij betalen toch patentregt. Maar zij oefenen geen vrij beroep
uit; zij hebben geene publieke concurrentie; zij zijn amb
tenaren door het Staatsgezag op die bijzondere voorwaarden
aangesteld, en genieten daarvoor het voorregt, dat hun
beroep tot een zeker getal personen beperkt blijlt. Bovendien
staan de gratuite diensten, die zij bewijzen, in hoegenaamd
geene verhouding tot die der advokaten.
Het klinkt fraai het beroep van advokaat te belasten.
Maar wat zou het gevolg zijn? Omdat e?ikele door vlijt
en inspanning en begaafdheid er in geslaagd zijn ruime ver
diensten te verwerven is daarom het beroep op zich zelf nog
niet winstgevend. Er zijn bij onze regterlijkc collegien ruim
700 advokaten ingeschreven. Van deze hebben minstens de
helft niet alleen volstrekt geene verdienstenmaar kost hun
de gralispraktijk jaarlijks nog geld. Voor de helft is de
uitoefening van het beroep van advokaat niet anders dan eene
oefenschool om zich voor te bereiden voor openbare betrek
kingen zou men hen voor die gratuite diensten dan nog
patent laten betalen? onder de andere helft zijn er sommigen
die zeer ruime verdiensten hebben; wij geven dit toe, en
voor hen ware het patentregt niet bezwarend. Maar hoe
velen zijn dat? In elk onzer groote steden hoogstens twee
of driein het geheel misschien geene vijftig. En nu zou
men, om die enkelen te treffen, den geheelen stand willen
belasten? Zonder twijfel zouden velen, die niets verdie
nen, maar wien de praktijk nog geld kost, er liever van
afzien dan ook nog die belasting te dragen. De last der
gratuite diensten zou des te zwaarder [op de overigen drukken,
en zoo zou allengs de oefenschool der regtspraktijk gesloten
wordenen de belangen der beschuldigden en der armen
zoowel als die van den Staat verwaarloosd worden. R. R.
De Overijsselsche Vcreeniging tot Ontwikkeling van Provin
ciale Welvaart looft eenen prijs uit van 700 voor het best
gekeurd wordende plan, van eene vaste brug over de rivier
den lJsselaan of in de nabijheid van het Katerveer.
De keuze der materialen waarvan de brug moet zamenge-
steld worden, verblijft geheel aan den ontwerper, die overi
gens op het navolgende heeft acht te slaan.
Tot het plan wordt vereischt eene naauwkeurige beschrij
ving, uitgewerkte begrooting en teekening, waarbij voorna
melijk daarop behoort te worden gelet, dat door het te ont
werpen middel ter Verbinding der beide rivier-oevers de af
loop van het water, de ijsgang en scheepvaart zoo min mo
gelijk belemmering ondervinden, en dat het geschikt is tot
den overtogt der voertuigen zoo als die passeren langs 's Rijks
groote wegenterwijl aan dusdanig plandat aan die ver-
«ischten voldoet, en tevens uit een geldelijk oogpunt de uit
voering het gemakkelijkst maakt, de voorkeur bij de bekroo
ning zal worden geschonken.
De mededinging is opengesteld, zoowel voor buiten- als
inlandsche deskundigen, doch de plans ter beantwoording
!zullen met eene leesbare en latijnsche letter, door eene an
dere hand dan die des inzenders geschrevenin de Neder-
duitscheHoogduitsche of Fransche taal, vóór den eersten De
cember 1852, vrachtvrij moeten worden toegezonden aan den
beer B. P. G. van Diggelen, te Zwolle, en voorzien zijn van
eene spreuk, benevens een verzegeld briefje met dezelfde
spreuk tot opschrift, waarin de naam des inzenders vermeldt
wordt.
De beoordeeling der plans zal geschieden door drie deskun
digen, met welker benoeming Zijne Exc. de heer Minister
van Binnenlandsche Zaken, volgens Zijn lloog Edel Gest. vei-
eerend schrijven van 30 September jjl. aan de directie van
voornoemde Vereenigingzich wel gelieft te belasten.
De situatie-kaart van den lJssel bij het Katerveer, met de
dwars profillen der rivier daar ter plaatse, voor zoo verre de
daarvan nog beschikbare exemplaren strekken en alle verdere
inlichtingen zijn op franco aanvragen te bekomen bij den heer
van Diggelen te Zwolle.
In de vorige maand had te ?s Hage eene Algemeene A erga-
dcring plaats van de leden der 's Gravenhaagschc Hulpbank;
in welke bijeenkomst door het Bestuur verslag werd gedaan
over den staat dier instelling en hare verrigtingen sedert hare
eerste oprigting (Mei 1851) tot ultimo Decemberwelke proef
tijd van ruim 7 maanden zeer gunstige uitkomsten heeft op
geleverd. Gesteund door zeer ruime inschrijvingen ten bedrage
van f 7750door giften ten bedrage van 725, en door de
medewerking van het hooger plaatselijk bestuur, heeft de
Hulpbank reeds in de eerste maanden van haar bestaan zich
vrij aanmerkelijk uitgebreid. Van 27 Mei tot 31 December,
heeft zij toch aan 65 personen f 4,665 uitgeleend.
APELDOORN, 27 Maart. Gelijk vroeger is medegedeeld,
zal dit jaar de algemeene vergadering der Geldersche Maat
schappij van Landbouw, op 1 Junij en volgende dagen, op
het Loo gehouden worden en daaraan verbonden zijn eene
tentoonstelling van vee en landbouw-wcrktuigen.
Wij kunnen deswegens mededeelendat het Z. M. den
Koning behaagd heeft daaraan HD. krachtdadige ondersteuning
te verleenenzoowel door het aanbieden van landbouw
werktuigen, om tot prijzen te dienen, als door het beschik
baarstellen van de vereischte localen en terreinen, lot het
houden der algemeene vergadering heeft Z. M. de ten ver
leden jare zoo fraai ingerigte schouwburgzaal in UD. paleis
afgestaan.
Aan de Redactie van de IJsselbodc
WelEdele Heeren!
Gij zult mij zeer verpligten door het onderstaande in uwe
geachte Courant te willen opnemenals toelichting op
hetgeen, volgens uw nummer 23 van den 20 dezerop
donderdag den 18 laatstleden, door den Heer Raadslid van
Marie in de Vergadering van den üeventerschen Gemeente
raad is in 't midden gebragt hij de deliberatie over het
verzoek van de leden der Vcreeniging van den II. 5 incen-
tius van Pauloom een paar kamertjes in de onbenutte
kaserne in de Ponsteeg te mogen hurenten einde daar
aan arme meisjes een nuttig handwerk te leeren; want
onzin die ten doel schijnt te hebben boosaardigeenige
zijner stadgenooten bij andersdenkenden in een verkeerd,
hatelijk daglicht te stellen, moet publiek worden; en zotte
verwarde denkbeelden gepaard met grootetriviale dom
heid welke in zijne weinige woorden als bijeengepakt zijn
moeten algemeen bekend gemaakt worden: Immers het is
valschonwaar dat de hier te lande bestaande Vereenigin-
gen haar bestaan verschuldigd zijn aan Vincent de Paula
hetgeen de heer van Marle toch wil zeggen als hij spreekt
van lazaristen monniken die in Frankrijkultra-roijalisten zijn;
het is valsch, onwaar, dat die Vereeniging is van kerkelijke
liefdadigheid'1'' tenzij men ieder genootschap en derhalve ook
Unitas, PhylactérionWelstand en Hulpbetoon, inrigtingen
van kerkelijke liefdadigheid wil noemen't geen toch wel
niemand met gezonde hersenen doen zalhet is evenzeer
valsch, onwaar dat die Vereeniging in betrekking staat
tot de barmhartige zustershet is laagmaar welligt met
het doel om èclat te makende insinuatie van voorposten
van Jezuiten en buitenlandsche magten te doen;
is brutaal, ongerijmd, in de hoogste mate triviaal in zijnen
mondin den mond des heeren van Marle het gezegde
ernaar die magten zijn niet dom genoeg om scliiwen en bulle
bakken op voorposten te zettenf Wie zijn die scliiwen en
bullebakken(hoe kiesch in eene Raadsvergadering, waar
de behartiging van de verarmde menschen besproken wor
dende en niets anders dan dit die behartiging zoo
heusch wordt gekwalificeerd, als vreesde de heer v. M.
dat weldra niets dan bullebakken hem te lijf zullen vallen
en welligt verpletteren.) Zijn de leden der Vereeniging die
besproken bullebakken? Waarin hebben zij dan gebulle-
bakt? Is hun verzoek bullebakkerij Maar wat zijn dan
die muziek- en gymnastie-beoefenaren wel? Of zijn hier
anderen bedoeld? O! die onzin en dat in Davois Stad! o!
die grofheid en dat in eene Vergadering van Burgemeester
en Wethouders en anderen uit den beschaafden stand, die,
zoo wel als zij hunne bevreemding over zulke diskussie
hebben te kennen gegevenzeker ook zullen gebloosd heb
ben een zulk raadslid in hun midden eene zulke taal te hooren
voeren; eindelijk het is kleingeestig, onverstaddig en on
gepast de vreesdat zoo zij eenmaal in een Stadsgebouw
gezet zijn, zij er nog niet weer uit zijn. Waarlijk men