ken vonden zij er ook een buitengewoon ligt sink, bet- welk zij in den beginne voor een stuk puiirijsjeen hielden. bij nadere beschouwing bleek liet evenwelvcen klein vaat werk te zijngeheel niet schelpen en zeegewassen begroeid en bij de opening vonden .zij de Jjéjhaul eener kokosnootge huld in een hartsachtig omkleedsel ;.Aleze uitgeholde kokos noot bevatte een met eene golhi'st^iè-lettersoort beschreven perkament. "'rj.ii, i De kapitein bcmagligde dcze'kbndsir i^n toonde het beschre ven stuk perkament aan echen Atjpfèiyschen koopmandie als een geleerde in Spanje bekend/'staat. Deze bood aan stonds voor het manusörip^ueri6''"*som van 300 dollars, welk bod echter door den kapitein werd afgewezen. Dc koopman vertaalde intussiThcn het stuk, dat volgens zijn zeggen een bric! was van C. Columbus aan Ferdinand en Isabella van Spanjewaarin hij zijne ontdekkingen opgeeft en tevens mededeelt, dat hij met zijn gehcele gevolg op de terugreis naar Spanje van cenen hevigen storm was over vallen, waardoor zij waarschijnlijk hun graf in de zee zou den vinden. De brief was met de vaste en groote liand- teekening van Christophorus Columbu3 voorzien en droeg het jaartal 1493. Dc beriglgever voegt hierbij >i Aldus heeft deze curiositeit 358 jaren lang op den oceaan omgedwaald." Wij kunnen echter voor de geloofwaardigheid vail d verhaal niet instaanmaar achten het der moeite waardi voor' de liefhebbers en verzamelaars van manuscripten en curiositeiten, daaromtrent een nader onderzoek in te stellen. Deventer, 11 Maart 1852. Jan de Redactie der JJsselbode. Yan XJEds. onpartijdigheid verzoeken wij dc onderstaand regelen in uw eerstkomend nommer een plaatsje te willen ■verleen en Daar de tijd der verkiezing voor leden van de Kamer van Koophandel a'llengskens nadert, meenen wij, in 't belang der zaak, daarover een etikcl woord te mogen zeggen. Wij stem men volkomen in met uwe beschouwingen zoo als die m een paar vroegere stukken geformuleerd zijn. Ook met de in uw nommer 15 voorgestelde kandidaten hebben wij ons aanvankelijk geheel kunnen verccnigen. Ongelukkig echter heeft ook in dezen de beruchte Raadsvergadering van 23 rebr. onze opinie een geweldigen schok toegebragt. Wij kunnen ons nog maar altijd niet begrijpenhoe het toen door dc meeste Raadsleden gehouden gedrag met hun eed en pligt, om de belangen der stad te behartigen, kan overeenkomen. Opre«lelijk gesproken durven wij met gee« gerust geweten dien "ileeren op nieuw onze belangen opdragen, vooral met in eene betrekking, waarin ze met hoogere maglen in conflict komen en ecnige cordaatheid en zelfstandigheid noodig kun nen hebben. Redenen, waarom wij de Raadsleden, die op de bedoelde combinatie voor de Kamer van Koophandel voor kwamendoor andere personen wenschten te doen vervan- een in wie ons geloot nog ongeschonden is. - Ofschoon het Publiek natuurlijk niet anders kan en mag oordeelen dan maar hetgeen het ziet en hoort, zou het echter kunnen zijn, dat er redenen bestonden, die het genoemde gedrag meer of minder verschoonbaar, of zelfs wel gehec onberispelijk en loffelijk maakten. En daar het Publiek wederkceng op cen.g vertrouwen regt heeft, zouden wij in dat geval bedoelde Ileeren wel willen uitnoodigen, hieraan een,ge publiciteit te gevendaar wij niets liever wenschen dan hen in ons vol komen vertrouwen hersteld te zien om hun ook als leden der kamer van koophandelonze belangen in handen te stel- len. Wij hopen niet, dat men dezen wenk onbescheiden zal vinden; ze vloeit alleen uit de zucht om onze wezenlijke welwillendheid voor bedoelde Heeren in overeenstemming me de algemeene belangen te brengen, en onze wenschen met de eischen van ons geweten. Hebben ze, bij hunne gewigt,ge beroepsbezighedengeen genoegzamen tijd gehad om de zaak behoorlijk te onderzoe ken en er zich op voor te bereiden dan zou dU zeker in ons oog eene verschoonende omstandigheid zijn, maar dan zouden wij het even ongepast als onk.esch vinden hen met mog meer betrekkingen te willen belasten die even zeer tijd en zorg vereischen daar ook hier het est modus m rebus geldt. Hoe het zij; wij willen nog zoolang mogelijk wachten om een bepaald besluit te nemen, en verzoeken UEd. voorloopig alsdan om een plaatsje, ten einde dit mede te dcelen. lntusschen hebben wij de eer te zijn enz. Eenigc kiesbevoegden voor de hamer van koophandel. [De Redactie meende de plaatsing hiervan niet te mogen weigerendoch verklaart zich gaarne bereidhetgeen men hiertegen of ten gevolge er van mogt willen zeggenop te nemen.] Vervolg en slot der Raadsvergadering le Zutphen op den 1 deser. 13. Wordt gelezen eene missive va'n de Plaatselijke Com missie van geneeskundig' toevoorzigthoudende kennisgeving van het overlijden des Ileeren Dr. Fortuijn, Lid dier Com missie. De liurg. stelt voor de vervulling tot de volgende gewone Vergadering uit to stellen. De lieer Tadaraa meent, dat volgens art. 284 der Gemeentewet, die geheèle Com missie dient vernieuwd te worden. De lieer Thooft is van oordeeldat men hier het gevoelen van den minister van liinnenl. Zaken dient in te winnen. Nog wil men dan gelijktijdig gevraagd hebben hoedanig te handelen in zake de Curatoren van 't Gymnasium cn de Schoolcommissie. De lieer Roosegaarde wensoht ook te weten 's minister in tentie omtrent het benoemen der zetters, en de Heer van dc Kasleele die, betreffende de provisoren. He lieer Glashorst verklaart zich tegen alle deze vragen aan dien minister, vreezende dat zulks een gevaarlijk antecedent zal opleve ren, doch heeft er niets tegen, indien do Raad in zijne, te nemene Besluiten des niet le min vrij blijft. In omvraag gebragt zijnde wordt tot het vragen dier inlichtingen una niem besloten, omtrent de drie eerste punten; doch mot 11 tegen 4 Stemmen, van do 11.11. van do Kasleele, Roose gaarde, Uasselo en Nieuwenhuijsde vragen der 11.11. Roose gaarde en van de Kasleele nopens het benoemen der zetters en de provisoren verworpen. (Zoo als le verwachten was.) 14. liet vaststellen van een Tarief op de afschriften ter Secretarie, wordt gesteld in handen der 11.11. Thooft, Danl, Glashorst, Tadama en Nieuwenhuijs. 15. Omtrent den voorgeslclden verkoop van hak- en snoeihout, wordt unaniem besloten, dit aan B. cn W. op te dragen en llun Ed. hiertoe lo magtigen. 10. Yoor de kleeding van cenen Veldwachter tevens dienst doende als agent van Policiewordt mede unaniem toegestaan f 100. 17. Do toelage aan J. Arendshorst, wiens beenbreuk nog niet volkomen genezen iswordt almede unaniem nog 1 voor 3 maanden a 2 per week geprolongeerd. 18. Komt ter tafel dc Rekening en verantwoording der Re genten van het Gebs Bakker's Weeshuis. (Volgens de Statuten, geapprobeerd hij koninklijk Besluit van 30 No vember 1849 No. 84, en gecontrasigneerd door den minister Thorbeckeart. 10, «zijn de Regenten" die hunne be trekking onbetaald waarnemen «vcrpligt, jaarlijks in dc Maand February aan den Raad der Gemeente Zutphen of eeno Commissie uit denzelven behoorlijke rekening en verantwoor ding te doen.... in gebreke blijvende kan do Gemeenteraad, na vooraf gegane préremptoire aanmaning, de Regenten ont slaan cn andere in hunne plaats benoemen.") De Burg. meent, dat ingevolge art. 148 der Gemeentewet zulks, als volstrekt niet door de Stad gesubsidieerdniet bij den Raad behoort. Na eenige vrij frappante discussion, en hierover gevoteerd staken de Stemmendoch wordt de beslissing tot eene volgende gewone Vergadering uitgesteld. De Heer Has- solomede-Regent van dit Weeshuishield zich buiten Stemming. 19. Wordt gelezen een voorstelom de namen der Leden die de Commissie-Vergaderingen verzuimen openlijk in de rapporten te vermelden. Do Heer Thooft noemt dit voorstel hatelijkZEd. wijst op de ambtsbezighedendie dikwerf de Leden beletten die Vergaderingen bij te wonenZlid. was daarom steeds tegen talrijke Commissienbestonden die slechts uit 3 Leden, dan kon men zich beter over het meest geschikt of gelegen uur verstaan. De Heer van de K. repliceert, volstrekt niet hatelijk le hebben willen zijn, maar dat het niet getrouw opkomen hem tot het doen van zijn voorstel heeft geleid; en meent, dat wanneer er uit eene Commissie van 3 Leden ook eens 1 of 2 wegens ambtsbezigheden weg bleven, welligt één man alleen zijn bijzonder gevoelen, als dat der Commissie, aan den Raad zou voordragen, en deze éénhoofdige beschouwing in schijn het resultaat der diep doordachte gevoelens van velen, een verkeerden indruk op de besluiten van den Raad mogt uitoefenen; wordende immers meestal in den geest der Commissien beslist. De Heer Glas horst ondersteunt het gezegde van den Heer Thooft en voegt er bij dat zijne betrekking als Regter ter instructie hem niet altijd vrij laten kansomtijds zijn getuigen die gehoord moe ten worden 5 of 6 dagen le voren reeds opgeroepen en kun nen onmogelijk worden afgezegd's namiddags echter is ZEd. niet bezet. Dc Heer Roosegaarde zegt, dat een koop man altijd beroepsbezigheden heelt en, die verzuimende, in den regel verliestterwijl het tractement der ambtenaren onverminderd doorgaat; zijns inziens kunnen die Heeren even goed in de Commissie-vergaderingen opkomenwaar zij wel is waar niets voor trekken, als in den Raad, waarvoor ze met I presentie-geld worden betaalddoch zou ZEd, evenwelop

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

De IJsselbode (1852) | 1852 | | pagina 2