daan, Jjetrek Icelijlc do Kamer van Koophandel, waarvan
nog niets tor sprake is gebragt, antwoordt de Borg. dat de
Raad hiermede ook niets te maken heeft, dragende art.
124, in verband inct art, 179 der Gemeentewet, ook dit,
volgens zijn inzien aan It. en W. op. De Heeren 11. en 1).
herhalen, dat zulks toch, zoo ver bekend, in alle Gemeen
ten anders geschied is. De Burg. zegt, dat ieder de Wet
op zijne wijze uitlegt, en hij op de zijne. De lieer R. merkt
aan, dat Zntphen in vergelijking met andere Getneelen,
nog wel honderd jaren ten achteren is. De Vergadering
wordt gesloten.
(Alle do llaadsheeren waren tegenwoordig, behalve de
Heer Mr. Luijken Glashorst, die amtshalvc afwezig was.)
Verslag der Raadsvergadering Ie Zulphenop Vrijdag deti
G dezerdes namiddags ten 1 ure.
Alle de Raadshccrenbehalve de Heer van de Kastcclc
zijn aanwezig en een talrijk publiek vervult langzamerhand
de Zaal.
1. De notulen der vorige Vergadering worden gelezen en
geven aanleiding tot zeer uitgebreide discussion, die ruim een
half uur duren. Vooreerst wordt aangemerktdoor den Heer
Thooft, dat de Subsidiën voor den neg op Laren als gecom
bineerd met die voor den weg op Balhmcn zijn toegestaan;
meerdere leden beweren het tegendeel. De lSurgcm. vraagt,
of niemand ecne annotatie der gevoerde débatten hierover
bij zich heeft? dit wordt ontkennend beantwoord en de no
tulen vermelden die niet. Na veel spraak en weërspraak wordt
Mi meerderheid van Stemmen beslist: de redactie in den
geest van den lieer Thooft te wijzigenwaartegen zich
echter de Heer Rooscgaarde apponccrtals hebbende Z.Ed. al
léén in de vaste overtuiging cencr KiET-coinbinéring zijn votum
uitgebragt. Ten anderen wordt geobserveerd, dat de in
terpellatie van den lieer Roosegaarde nopens de onbevoegd
heid van R. en W. tot het doen cencr voordragt van Zet
ters, zonder medewerking van den Raad, -en die van den
lieer Dam over dergelijke handelwijze in zake der Kamer van
Koophandel, welke 15. en W. vermeenden, dat insgelijks al
leen aan hen was gedcmandcerdniet in de notulen zijn op
genomen. Vele Raadsleden wcnschendat zulks alsnog ge
schiede; enkelen verklaren zich' hiertegen. In Stemming ge-
bragt, verklaren zich legen: de llccren Thooft, Cocnen, van
Löbenscls, van Limburg Stirurn en de Burgeru., de lieer
Glashorst blijft buiten Stemming; doch wordt geen resultaat
opgegeven en de zaak andermaal bediscussieerd. Vele Raads
leden vcrmcenen alsnu'dat gccne interpellation behoeven
vermeld te wordentenzij de Raad tot het vragen daarvan
toestemming hebbe verleend; een aantal leden, zoo ook de
Rurgem. meunen echter, dat wel degelijk de toestemming ge
vraagd en verleend is tot deze interpellation, althans zeker
voor éënc van beide. De Weill, van Löbenscls begrijpt dat
zulks op den duur tot te veel geschrijf aanleiding zal geven.
(Maar wij vragen: of daar, waar zoo als hier, de Secretaris
slechts ongemotieveerde besluiten heeft op te teekenenzonder
meer, dit dan zulk een onvorderbaar reuzenwerk zoude zijn?)
Eindelijk beslist dc meerderheid: dat alle interpeliatën ge
vraagd of gegeven aan of door den Burgcm. alleen dus bui
ten toestemming van den Raad, dat is zonder Besluit, niet
in do notulen dienen opgenomen te worden.
2. Dc Burgcm. doet voorlezen ecne aanschrijving van den
Commissaris des Konings, houdende last, om binnen acht
dagen het gevoelen van den Raad te doen kennen omtrent
den te vorderen Census tot bevoegdheid van Kiezer voor de
zamcnstelling der Kamer van Koophandel. De lieer Dam stelt
hierop voor, dat de Raad, alvorens verder te gaan, eerst,
naar aanleiding van Art. 1 van 's Konings Besluit in dezen,
bcslisse: no/' zoodanige Kamer voor deze Gemeente wenschelijk
zij." Dc Burgcm. verzet zich met kracht tegen dit voorstel,
argumenterende zelfs, eer lot de Stemming wordt overgegaan
dat alsdan de Raad zoude oordeelcn dat al hetgeen door
B. en VV'. hieromtrent tot dus ver verrigt is, onwettig zoude
gehandeld zijn. Niettegenstaande dezen schijn van intimidatie
wordt het voorstel van den Heer Dam aangenomen r met 10
tegen 4 Stemmen, die der II.H. Quarlcs, Thooft, van Lim
burg Stirum en de Burgcm. welke laatste zijne verwondering
luide te kennen geeft, dat ook één der II.II. Wethouders
vóór heeft gestemd. Daarna wordt in omvraag gebragt: i of
ecne Kamer van Koophandel en fabrieken alhier wenschelijk zij?"
en deze wenschclijkheid met algemecnc Stemmen aangenomen.
Vervolgens wordt, op voorstel van den Heer Rooscgaarde,
besloten niet dadelijk ter behandeling ten principale over te
gaan, maar vooraf de lijsten der patcntpligligcn ter visie van
de Raadsleden te deponeren. Door den Burgcm. wordt hierop
ten dezen cene Commissie benoemdbestaande, benevens ZEd.
ïelf, uit dc 11,11. Coencn, ColcnbranderIlasselo en de Bas,
die reeds den volgenden voormiddag ten 11 ure'zal bijeen^
komen, om aanstaande Maandag haar rapport in den Raad
te kunnen uitbrengen, en geeft de Burg. kennis, dat B. en
llddjbepaald! °P inbC8''ip dw ^opcenten
3. Een adres van M. Jansen, ter in eigendom verkriieine
van ecne sloot of laagte langs den Kanons-dijk tc«cnovc?
«jne woningm, dezer Stads hoven, ten einde die fe doen
vullen en daarna met ccnig heestergewas sierlijk te bcplan-
w?.u Bcstt'ld in handen eencr Commissie, bestaande
U- v1a,n Sllru"L Cocnen, Nicuwenhuijs, van de
Kasteele en dc Bas.
4. VVoidt mede in handen cencr Commissie gesteld, bc-
s aan e uit dc II. II. Seis, Quarlcs, Colenbrander, Dam en
zoenen, een adres van cenigc kramers, die ontheffing ver
zoeken van het door hen, op iedcrcn marktdag, aan den
mai klmecstcr te betalen marktgeld.
5. Daarna wordt gelezen het voorstel van den lieer Roose-
foa'nC' SlrC ,CPdcc'at t'c ^aail terugkome van het op den
Llccen)bcr 1.1. genomene besluit, waarbij het gchcelc ver-
s ag van B. en IV. nopens de Stads-gebouwcn en dus ook
van cat gedeelte, betreffende den beruchten muur aan de
INieuwstads-poortter goeder trouw, is goedgekeurd. Bij
i voorstel wordt tevens gelezen een daartoe betrekkelijk
iroces-yerbaal van opneming door drie geachte Steenhouwer-
en Melselaarsbazcnbuiten deze stad woonachtig, als: de
ceren G.. Knoops te Arnhem, M. Goorkatc te Stecnde-
ren en li. J. Buetcrs te Deventer, waarin zij hoofdzakelijk,
onder offerte van cede verklaren: dat zij op verzoek van
7°? 9' ^°°segaarde t Lid van den Gemeenteraad te
Zulphenhebben opgenomen en vergeleken met het bestek
en muur alhier, bekend in het Proces-verbaal van openbare
aanbesteding d. d. 5 December 1849 onder No. 27, Por
tiershuis aan de Nicuwstads-poort; dat zij hebben bevonden
90' n sPec'e aan ('en muur gebruikt, te schraal is.
r3*" 0° schrale specie te dik tusschen dc lagen is gewerkt.
Dat aan de achterzijde van dien zoogenaamden nieuwen
muur, oude en veel dunnere stecnen dan de nieuwe zijn gc-
czigd. 4°. Dat de muur ook niet, luidens 't bestek, van
ac Uci is vlak bewerkt, maar met uit- en inspringende stec-
nen waardoor dc inwatcring wordt bevorderd. 5°. Dat de
jscozijnsche dckstccnen met rot- en brandvlagen zijn bezet,
geenszins naar 't bestek bewerkt en gedeeltelijk slechts 34 in
plaats van 3G duimen breed zijn. G°. Dat de dckstccnen zeer
slordig gelegd, met panncslukken aangevuld en met zware
agen schrale metselspeciebij wijze van moddcrwerkvolgc-
gooid zijn, dat er zich geene genoegzame hoeveelheid lood
tusschen dc voeging bevindt, en daardoor hoofdzakelijk de
inwatering is veroorzaakt. Na deze lezing geeft de Burg.
den Heer Rooscgaarde het woord, ten einde zijn voorstel
c. a. toe te lichten, doch verklaart deze hier niets meer te
zullen bijvoegendaar de zaak algemeen genoeg bekend is
M.u i '100Pt' c'at t"c thans, op cene minzame wijze, tot
schikking kome. Dc Burg. verdedigt hierop het vroegere rap
port, en doet cene tegen-verklaring voorlezen van den Stads
architect, waarin echter aan vele afwijkingen van 't bestek
wordt toegegeven of mede getransigeerd. De lieer R. zegt,
dat men hier ongelukkig weer den architect in het spel brengt,
op wien hij overigens niets wil aanmerken, maar verklaart,
'lat, indien B. en VV. nog een greintje gezond verstand heb
ben, zij dan toch moesten begrijpen, dat zoodanig stuk van
den stads architect, die hier over ccn werk, 'tweik. hij zelf
moest controlerenzal berigtcnop last van B. en W.die
a mede zelve met liet locvoorzigt daarover belast waren, wel
vaP gecncrlci waarde hoegenaamd beschouwd dient te
woiden. En hoezeer ZEd. ook, als gezegd, geenszins voor
nemens was, zijn voorstel nader toe te lichten, vindt ZEd.
zie i door deze handelwijze van B. en W. nu wel genoodzaakt
i c gchccle tocdragt der zaak van den beginne af aan weder op
te halen. ZEd. brengt dan ook alles te berde hetgeen werkelijk
lOcds wereldkundig genoeg is, en anders in dc No6. 50 en
o- der haleidoskoop a. p. hoofdzakelijk te vinden is. Dc
Heer R. zegt verderdat hij in het verslag van 12 December
j.J. door B. en VV. is geschandvlekt. Dc Burg. deze uitdruk
king als cene bclecdiging beschouwende, laat den hamer vallen
en roept den Heer R. tot de Orde; deze begrijpende niet
buiten Orde te zijn herhaalt dat hij door B. en W. is
geschandvlekt, en.... Dc Burg. laat andermaal den hamer
vallen en sluit eensklaps de Vergaderingwaardoor spreker
genoodzaakt wordt het overige zijner belangrijke rede tot
ccnc volgende Vergadering uit te stellen.